Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 2 november 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat de Cultuurkaart die nu op middelbare scholen wordt ingezet, vooral gebruikt wordt voor passieve kunstbeleving, zoals bioscoop en theaterbezoek;
constaterende, dat een deel van de Cultuurkaart ter waarde van € 15 en waarvan voor slechts 80% gebruik wordt gemaakt, helemaal onbenut blijft;
constaterende, dat de actieve culturele participatie (de amateurkunst) nog steeds tanende is;
overwegende, dat de Cultuurkaart een belangrijk instrument is om jonge mensen in contact te brengen met de cultuursector;
verzoekt de regering ervoor te zorgen dat de Cultuurkaart meer wordt ingezet voor actieve kunstbeleving, zoals muziek- en danslessen en theaterworkshops, zodat jongeren gestimuleerd worden, zelf kunst te beoefenen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Vroonhoven-Kok
Leerdam