Voorgesteld 25 november 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat uit de gemeentelijke praktijk blijkt dat niet voor alle inburgeraars het slagen voor een examen op A2-niveau haalbaar is,
overwegende, dat gemeenten desondanks deze inburgeraars een laagdrempelig aanbod willen doen om hun participatie te vergroten,
overwegende, dat het bij een goed participatiebeleid past dat iedereen een aanbod wordt gedaan die dat nodig heeft,
constaterende, dat in de outputverdeelmaatstaven inburgering (Besluit Participatiebudget, artikel 9) het aantal behaalde examens een grote rol speelt, waardoor gemeenten voor de verdeling van de financiële middelen van het Participatiebudget geen baat hebben bij het benaderen van inburgeraars voor wie het slagen voor een examen niet haalbaar is,
overwegende, dat de door gemeenten ontwikkelde Participatieladder zichtbaar kan maken dat de participatie is vergroot, zonder dat er noodzakelijkerwijze een inburgeringsexamen is gehaald,
verzoekt de regering met een voorstel te komen om laagdrempelige participatievoorzieningen met een inburgeringscomponent te erkennen en te registreren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ortega-Martijn
Dijsselbloem
Dibi