Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 2 november 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat er voor meer dan 580 mln. aan subsidies wordt uitgegeven ter bevordering van deelname van burgers aan kunsten;
overwegende, dat de overheid geen oordelaar der kunsten dient te zijn;
overwegende, dat niet is aangetoond dat subsidies geleid hebben tot topkunst en participatie van een breed publiek;
overwegende, dat het draagvlak voor kunstsubsidies klein is en dat er sprake is van belangenverstrengeling;
verzoekt de regering op een zo kort mogelijke termijn te stoppen met de subsidiëring van de cultuurfondsen, de vierjarig gesubsidieerde instellingen en alle sectorinstituten, met uitzondering van Erfgoed Nederland en de Vereniging van Openbare Bibliotheken,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bosma