Voorgesteld 14 januari 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende, dat de vrijheid van meningsuiting van fundamenteel belang is binnen de democratische rechtsstaat;
overwegende, dat strafbaarstelling van uitingen over godsdiensten of levensbeschouwingen, een onaanvaardbare inperking oplevert van de vrijheid van meningsuiting;
verzoekt de regering om de strafbaarstelling van het beledigen van een groep mensen wegens hun godsdienst of levensovertuiging (in art. 137c Wetboek van Strafrecht) en de strafbaarstelling van het openbaar maken van dergelijke uitlatingen (in art. 137e Wetboek van Strafrecht), te schrappen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Roon