Ingediend | 5 januari 2018 |
---|---|
Beantwoord | 29 januari 2018 (na 24 dagen) |
Indiener | Pieter Omtzigt (CDA) |
Beantwoord door | Menno Snel (staatssecretaris financiën) (D66) |
Onderwerpen | belasting cultuur en recreatie financiën religie |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z00049.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-978.html |
Ik heb hier inmiddels kennis van genomen.
De publicatieverplichting op internet voor ANBI’s is van kracht per 1 januari 2014 maar geldt (zoals toegelicht in de brief van 28 mei 20132) voor kerkgenootschappen alsmede hun zelfstandige onderdelen en lichamen waarin zij zijn verenigd die door middel van een groepsbeschikking als ANBI zijn aangemerkt, met ingang van 1 januari 2016.
De in de brief van 31 mei 2017 genoemde omissies van 632 zien op de controle van de publicatieplicht van kerkgenootschappen. Over het tijdvak 2016 – 2017 zijn er op 31-12-2017 2.135 kerkinstellingen op de publicatieplicht gecontroleerd. Daarbij zijn 970 omissies geconstateerd. Circa de helft van deze gevallen betrof ANBI’s die niet beschikten over een website. Van die 970 omissies zijn er 884 hersteld en heeft één omissie tot een intrekking geleid. Met 85 instellingen is nog overleg gaande over het herstel.
Ook van deze lijst van vragen heb ik inmiddels kennis genomen.
De beantwoording van die vragen is als bijlage bijgevoegd.
Het klopt dat uit de cijfers die gepubliceerd worden naar aanleiding van de publicatieplicht van ANBI-instellingen niet herleid kan worden of er geld ontvangen is uit onvrije landen. De wettelijke bepalingen met betrekking tot de publicatieplicht voor ANBI-instellingen bevatten geen specifieke voorschriften inzake informatie over de herkomst van ontvangsten.
Ja. De passage uit het regeerakkoord sluit aan bij het reeds onder kabinet Rutte II ingezette traject om beter inzicht te verkrijgen in ongewenste buitenlandse financiering. In de brief die op 4 december 2016 aan uw Kamer is verzonden is een set van aanvullende maatregelen aangekondigd waarvan een deel reeds in werking is getreden4. Voorbeelden hiervan zijn de versterkte diplomatieke dialoog met een aantal landen in het Midden-Oosten om transparantie rondom financieringsstromen vergroten, alsook de inmiddels opgestarte pilot binnen het Financieel Expertise Centrum (FEC). De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is de coördinerende bewindspersoon waar het gaat om ongewenste financiering van instellingen en activiteiten maar trekt hierin nauw op met de andere betrokken ministeries. De Minister voor Rechtsbescherming zal voor het eind van het eerste kwartaal van 2018 per brief uw Kamer een verkenning sturen over de wijze waarop aan de passage in het regeerakkoord over transparantie van geldstromen uitvoering kan worden gegeven.
Zie het antwoord op vraag 6.
Zie het antwoord op vraag 6.
Burgers kunnen zich in het maatschappelijk verkeer in eerste instantie bij de desbetreffende organisaties melden met een verzoek om informatie. Ook kunnen burgers zich bij de daarvoor bevoegde instanties zoals de Kamer van Koophandel of de politie melden om te bezien in welke mate de niet-naleving van wettelijke bepalingen in het geding is.
Zie het antwoord op vraag 6.
Met de onderhavige beantwoording voldoe ik aan dit verzoek.