Kamervraag 2011Z06848

De verhoogde norm voor radioactiviteit in voedsel

Ingediend 1 april 2011
Beantwoord 3 mei 2011 (na 32 dagen)
Indiener Henk van Gerven
Beantwoord door Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen landbouw natuur en milieu stoffen voeding voedselkwaliteit zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z06848.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-2424.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat de Europese Commissie de normen voor radioactiviteit in voedsel per 27 maart 2011 aanzienlijk heeft verhoogd met een noodverordening waarbij de grens is verruimd tot:

    Ja, daarvan is inderdaad enkele dagen sprake geweest. Inmiddels zijn de normen aangescherpt, en in overeenstemming gebracht met de ter zake door de Japanse overheid toegepaste normen. De huidige normen voor producten afkomstig uit Japan in noodverordening (EU) 297/2011 voor cesium-134 en cesium-137 zijn:

  • Vraag 2
    Klopt het dat de grens tot voor kort per kilogram voedsel en diervoeders een maximum van 600 becquerel radioactiviteit van cesium-134 en cesium-137 was, en voor babyvoeding en voor zuivelproducten nog lager: 370 becquerel?

    Ja. Inmiddels zijn de desbetreffende normen bij eerdergenoemde noodverordening (EU) 297/2011 vastgesteld op 200 becquerel/kilogram.

  • Vraag 3
    Wat is de reden van deze verandering in tolerantiewaarden?

    Direct na de ramp in Tsjernobyl zijn door de EEG in 1987 in grote haast normen vastgesteld voor alleen cesium-134 en cesium-137. Deze waren gezien de destijds vereiste spoed niet wetenschappelijk onderbouwd. Die normen zijn nu nog te vinden in verordening (EG) 733/2008.
    Enige tijd later in 1987, toen de druk van de ketel was, heeft Euratom wél wetenschappelijk onderbouwde normen vastgesteld. Deze in verordening (Euratom) 3954/87 opgenomen normen zouden in geval van een nucleaire crisis van toepassing kunnen worden verklaard. Dat van toepassing verklaren is gebeurd direct na de ramp in Japan, bij bovengenoemde noodverordening (EU) 297/2011. Deze normen waren voor cesium-134 en cesium-137 minder streng ten opzichte van de in de vorige alinea bedoelde in grote haast vastgestelde normen.
    Kort na de vaststelling van noodverordening (EU) 297/2011 bleek dat de daarin opgenomen normen (ook) minder streng waren dan de desbetreffende normen in Japan. Deze ongewenste situatie heeft geleid tot overleg tussen de Europese Commissie en de lidstaten van de Europese Unie. Tijdens dat overleg is besloten de strengere Japanse normen ook in de Europese Unie toe te passen. Daartoe is noodverordening (EU) 297/2011 recent aangepast. De huidige normen zijn te vinden in het Publicatieblad van de Europese Unie van 13 april 2011, nummer L 98, bladzijde 16.

  • Vraag 4
    Waarom werd de plotselinge verhoging van de grenswaarden, en het feit dat deze aanzienlijke verruiming betekent, niet bekend gemaakt?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 5
    Welke wijziging betreffende de veiligheid van voedsel met radioactiviteit is er opgetreden die deze verhoging rechtvaardigt? Kunt u daarvoor een wetenschappelijke onderbouwing geven?

    Zie antwoord vraag 3.

  • Vraag 6
    Betreft de verhoging van de normen ook baby en kindervoeding? Kan de voedselveiligheid volledig gegarandeerd worden voor alle groepen (inclusief ernstig zieken en kleine kinderen) onder alle omstandigheden?

    Van een verhoging (versoepeling) is inmiddels geen sprake meer. De normstelling geldt ook voor baby- en kindervoeding. Uiteraard wordt bij alle normstellingen rekening gehouden met mogelijke risico’s voor alle groepen in de samenleving.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2011Z06848
Volledige titel: Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de verhoogde norm voor radioactiviteit in voedsel (ingezonden 1 april 2011).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20102011-2424
Volledige titel: Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de verhoogde norm voor radioactiviteit in voedsel (ingezonden 1 april 2011).