Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Huisvestingswet 2014 zodanig te wijzigen dat het niet langer mogelijk is om voorrang te verlenen aan vergunninghouders bij huisvesting op grond van het feit dat zij vergunninghouder zijn;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Aan artikel 2 van de Huisvestingswet 2014 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Het aanwenden van de bevoegdheden op grond van deze wet resulteert niet in het met voorrang huisvesten van vergunninghouders op grond van het feit dat zij vergunninghouder zijn.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,