Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 december 2009
In uw brief van 3 december 2009 (2009D61631) vraagt u om een een toelichting op de reden waarom de cultuurbegroting niet in de brede heroverwegingen is meegenomen.
De heroverwegingen beslaan een aanzienlijk, maar niet geheel dekkend deel van de totale rijksbegroting. Bij de afweging welke begrotingsartikelen in de taakopdrachten van de heroverwegingen zijn opgenomen, is leidend geweest dat de heroverwegingen zijn toegespitst op samenhangende thema’s met een substantieel budgettair beslag en dat gefundeerde keuzes en bezinning over betreffend onderwerp in de rede liggen. Dit heeft een thematische en daarmee ook budgettaire afbakening tot gevolg gehad.
Zoals de minister van OCW in zijn brief van 25 november (32 123 VIII, nr. 91) heeft gemeld, zal het kabinet de taakopdrachten van de werkgroepen niet tussentijds wijzigen. Dat laat onverlet dat in de fase van besluitvorming over de uitkomsten van de heroverwegingen alle begrotingsartikelen bij de discussie over ombuigingen kunnen worden betrokken.