Ontvangen 19 mei 2009
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel I, onderdeel C, onder 1, komt de tekst vóór «d» te luiden: 1. In het eerste lid wordt de aanhef vervangen door «Het is verboden explosieven in de handel te brengen en, voor de onder d bedoelde markering, in strijd te handelen met het derde lid, een en ander voor wat betreft explosieven:» en wordt, onder vervanging van «en» aan het slot van onderdeel b door «;» en van de punt aan het slot van onderdeel c door «,en» na onderdeel c een onderdeel ingevoegd, luidend:.
In artikel I, onderdeel C, onder 3, en onderdeel D, onder 1 en onder 5, wordt «in de sector explosieven» telkens vervangen door: uit de sector explosieven.
In artikel I, onderdeel D, onder 3, komt de aanhef te luiden: 3. Onder vernummering van het bestaande vijfde lid tot zesde lid komen het vierde en vijfde lid te luiden:.
In het nieuwe derde lid van artikel 3 wordt de verplichting tot het markeren van explosieven met een unieke identificatie voor een bredere groep verplicht gesteld, dan voor degenen die de explosieven in de handel brengen in de zin van de wet. De strafbaarstelling bij het niet naleven van deze verplichting was nog niet in overeenstemming daarmee verbreed en daarin voorziet deze wijziging alsnog.
In de wet gedefinieerd is het begrip onderneming uit de sector explosieven. Bij de voorgestelde wetswijzigingen is echter de vertaling in het Nederlands gevolgd van de nu in Nederlands recht om te zetten Europese richtlijn, zodat in sommige artikelen in de wet sprake zou zijn van het niet gedefinieerde begrip ondernemingen in de sector explosieven. Dat is uiteraard niet correct en dit onderdeel van de nota van wijziging bevat dan ook de noodzakelijke verbetering op dit punt.
Bij de wijziging van artikel 21 was niet voorzien in handhaving van het huidige vijfde lid, dat de mogelijkheid biedt bij ministeriële regeling regels te stellen over de registratie van explosieven. In de memorie van toelichting werd echter wel uitgegaan van het handhaven van deze mogelijkheid. Met dit onderdeel van de nota van wijziging wordt het wetsvoorstel in overeenstemming gebracht met de memorie van toelichting.