Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 april 2009
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Defensie van 3 april 2009 (Kenmerk 31 700-X-97/2009D16 442), doe ik u hierbij de brief toekomen waarin de regering haar visie op verarmd uraniumhoudende munitie aan de Verenigde Naties kenbaar heeft gemaakt. Deze brief is eerder als bijlage bij de Kamerbrief van 27 juni 2008 (Kamerstuk 31 200 X, nr. 141) aan uw Kamer aangeboden.1