Kamervraag 2023Z15036

Verduurzaming van de cultuursector

Ingediend 12 september 2023
Beantwoord 4 oktober 2023 (na 22 dagen)
Indiener Mohammed Mohandis (PvdA)
Beantwoord door Gunay Uslu (staatssecretaris onderwijs, cultuur en wetenschap) (D66)
Onderwerpen cultuur cultuur en recreatie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z15036.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20232024-143.html
1. NRC Handelsblad, 7 september 2023, «Verduurzaming cultuursector kent voorlopers en achterblijvers», (Verduurzaming cultuursector kent voorlopers en achterblijvers – NRC).
2. Kamerstuk 32 820, nr. 499.
  • Vraag 1
    Kent u het bericht1 dat culturele instellingen voorlopig nog niet te maken krijgen met harde eisen rond verduurzaming van de sector? Zo ja, klopt het dat dit bericht onder meer is gebaseerd op uw brief over de uitgangspunten voor cultuursubsidies 2025–20282?

    Ja, ik ben bekend met dit artikel in het NRC Handelsblad. Hierin wordt onder andere verwezen naar mijn Kamerbrief Uitgangspunten Cultuursubsidies 2025–2028 van juni 2023.

  • Vraag 2
    Kunt u uiteenzetten waaruit blijkt dat de cultuursector voldoende eigen initiatieven kan/zal ontplooien om op korte termijn te verduurzamen? Zijn naar uw oordeel de ambities op verduurzaming bijvoorbeeld voldoende geconcretiseerd en is voldoende duidelijk welke gerichte acties nodig zijn om die ambities waar te maken?

    Het belang om te verduurzamen wordt sterk gevoeld in de culturele en creatieve sector. Binnen deze sector bestaan verschillen, ook in de mate waarin verduurzaming wordt opgepakt. Organisaties en makers binnen de podiumkunsten, archieven, musea, bibliotheken en media treffen maatregelen om CO2-uitstoot te verminderen en dragen bij aan bewustwording of het inspireren van bezoekers. Zo is er «ACTIE als cultuur» vanuit de Federatie Cultuur, Kunsten ’92, de Taskforce culturele en creatieve sector en de Museumvereniging, wordt er gewerkt aan een Cultuurberaad en zetten verschillende brancheverenigingen stappen om te verduurzamen. Ook zetten individuele instellingen belangrijke stappen, zoals het gezelschap Silbersee, dat zichzelf ten doel heeft gesteld om in 2027 klimaatpositief te produceren.
    Er gebeurt veel, maar de initiatieven zijn wel versnipperd. De Raad voor Cultuur stelt in zijn advies «Cultuur Natuurlijk»3 ook dat in de culturele en creatieve sector de klimaatdoelstellingen nog niet overal breed in beeld zijn en dat kennis over duurzaamheid in veel gevallen nog ontbreekt. De raad doet aanbevelingen om te komen tot gerichte acties. Het gaat hierbij onder andere over structurele aandacht voor duurzaamheid in de culturele sector, het inzichtelijk maken van de klimaatimpact van de sector, het onderzoeken wat de beste methode is om dit te monitoren en het onderzoeken van de mogelijkheid voor een kennisplatform waarin de sector kan samenwerken en kan leren van elkaar en van andere maatschappelijke sectoren. Deze aanbevelingen worden momenteel verder verkend en onderzocht. Ik zal daar op terugkomen in de beleidsreactie op het advies van de raad, dat in de eerste helft van 2024 naar de Tweede Kamer zal worden gestuurd.

  • Vraag 3
    Wat is uw definitie van een verduurzaamde cultuursector? Wat is concreet nodig voor een verduurzaamde cultuursector? Is vrijwillige inzet vanuit culturele instellingen daarvoor toereikend? Welke criteria hanteert u bij de beoordeling van de voortgang in de verduurzaming van de cultuursector? Wat zijn voor u de signalen dat van vrijwilligheid moet worden afgestapt en (tevens) moet worden gekozen voor nadere wet- en regelgeving en afdwingbare resultaatsverplichtingen?

    Het tegengaan van de opwarming van de aarde is een prioriteit van het kabinet. Daarvoor moet iedereen zich inspannen, ook de culturele sector. Leidend bij deze duurzaamheidsambitie zijn de nationale klimaatdoelen zoals die zijn vastgelegd in de Nederlandse Klimaatwet, maar bijvoorbeeld ook de doelstellingen van Nederland Circulair in 2050. De doelstelling is daarmee dat ook de culturele- en creatieve sector bijdraagt aan de tot 55% CO2-vermindering in 2030 en volledige energieneutraliteit in 2050.
    Om te weten welke stappen nodig zijn om te komen tot bovenstaande doelstelling is het van belang te weten wat de klimaatimpact van de sector is. Deze is nog niet overal in beeld. Met het oog daarop zullen instellingen die een aanvraag indienen voor de basisinfrastructuur of bij de rijkscultuurfondsen een korte inventariserende vragenlijst invullen. Samen met de sector wordt momenteel bezien wat de beste methode is om de klimaatimpact verder inzichtelijk te maken en te monitoren en hoe de sector gestimuleerd en gefaciliteerd kan worden bij de duurzaamheidsopgave.
    Een deel van de instellingen in de culturele en creatieve sector heeft al te maken met bestaande wet- en regelgeving, of krijgt daar in de toekomst mee te maken. Het gaat dan bijvoorbeeld om de CSRD-richtlijn4 energieprestaties voor gebouwen, de implementatie van de Europese Single Use Plastic richtlijn (SUP) of zero-emissiezones. Of aanvullende wet- en regelgeving op termijn nodig is voor de culturele- en creatieve sector moet mede in dat perspectief worden bezien. Wet- en regelgeving is ook niet de oplossing voor alles. Ik ben ervan overtuigd dat intrinsieke motivatie heel krachtig is. Ik zie dit ook in de sector. Daarom ga ik uit van vertrouwen, zeker na de roerige periode die de sector heeft meegemaakt. Ik wil laten zien dat de sector goede stappen aan het zetten is en samen met hen beleid ontwikkelen om makers en instellingen verder te helpen.

  • Vraag 4
    Hoe gaat u de culturele sector ondersteunen bij de voorgenomen verduurzaming? Deelt u de mening dat financiële ondersteuning van culturele instellingen onontbeerlijk is om investeringen in duurzaamheid mogelijk te maken? Zo nee, waarom niet?

    Er bestaan verschillende regelingen waar culturele instellingen gebruik van kunnen maken. Denk bijvoorbeeld aan de regeling voor verduurzaming van maatschappelijk vastgoed (DUMAVA) of VANG Buitenshuis,5 dat organisaties ondersteunt bij het opzetten van een circulaire bedrijfsvoering. Zoals in mijn antwoord op vraag 3 beschreven wordt momenteel onderzocht hoe de culturele en creatieve sector het best gestimuleerd en gefaciliteerd kan worden bij de verduurzamingstransitie. Dit wordt gedaan met de inventariserende vragenlijst, het onderzoek naar monitoring en dataverzameling en de gesprekken met uiteenlopende stakeholders. Aanvullend wordt verkend hoe kennisverzameling- en deling het best georganiseerd kan worden. Ook streef ik naar een nauwere samenwerking en aansluiting op het verduurzamingsvraagstuk met andere betrokken ministeries. Tot slot wil ik ook bezien hoe de creatieve kracht van de sector kan worden ingezet om ook anderen te inspireren om te verduurzamen.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat een door de Raad voor Cultuur geadviseerde nulmeting en een «transitieplan» voor culturele instellingen goede diensten kan bewijzen in de voorgenomen verduurzaming? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid om dit te faciliteren?

    De Raad voor Cultuur schrijft dat door het in kaart brengen van de ecologische voetafdruk duidelijk wordt waar de grootste negatieve (ecologische) impact zit, waardoor bewuster keuzes gemaakt kunnen worden. Ik deel deze mening. Daarom wordt – in lijn met het advies van de Raad – een eenvoudige inventarisatie uitgezet voor instellingen bij de aanvraag voor de BIS en bij de rijkscultuurfondsen. Deze geeft een beter beeld van hoeveel instellingen hun impact al in kaart hebben gebracht, op welke manier zij dit hebben gedaan, of zij al transitieplannen hebben opgesteld en waar hun behoefte ligt om (verdere) stappen te kunnen zetten. Op basis van de uitkomsten van deze inventarisatie wordt bezien of, en zo ja wat aanvullend nodig is om de instellingen die dit nog niet hebben te faciliteren.

  • Vraag 6
    Denkt u dat een geïntensiveerde inzet op verduurzaming gevolgen zal hebben voor het Nederlandse culturele aanbod? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid om te onderzoeken hoe een eventueel krimpend cultuuraanbod kan worden voorkomen en tegengegaan?

    Om klimaatverandering tegen te gaan moet iedereen zijn steentje bijdragen. Dat dit gepaard kan gaan met lastige keuzes die gevolgen kunnen hebben voor het aanbod, schrijft ook de Raad voor Cultuur. Het maken van keuzes komt niet enkel voort uit inzet op verduurzaming, maar raakt ook aan het gesprek over onder meer fair practice. Aan het einde van het jaar wordt het advies van de raad over de vernieuwing van het cultuurbestel na 2029 verwacht, waarbij de raad al heeft aangegeven dat duurzaamheid als onderwerp meegenomen zal worden.6


Kamervraag document nummer: kv-tk-2023Z15036
Volledige titel: Verduurzaming van de cultuursector
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20232024-143
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Mohandis over verduurzaming van de cultuursector