Ingediend | 2 juni 2023 |
---|---|
Beantwoord | 4 juli 2023 (na 32 dagen) |
Indiener | Caroline van der Plas (BBB) |
Beantwoord door | Micky Adriaansens (minister economische zaken) (VVD), Kajsa Ollongren (minister defensie) (D66) |
Onderwerpen | arbeidsvoorwaarden werk werkgelegenheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2023Z09899.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-3079.html |
Ja.
De oorlog in Oekraïne markeert de terugkeer van intensieve oorlogsvoering op het Europese continent. De op vredestijd geënte productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie biedt onvoldoende handelingsvermogen voor de krijgsmachten van de Europese Unie (EU). De EU-lidstaten hebben baat bij een sterkere Europese defensie-industrie, die in staat is te voorzien in de aanzienlijk toegenomen behoefte van lidstaten. Zowel voor het aanvullen van de eigen voorraden, als voor het voortzetten en opschalen van steun aan Oekraïne. De noodzaak om de productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie significant op te schalen is dan ook hoog. Deze tijd vraagt daarom om een actieve (internationale) industriepolitiek, waaronder meer maatwerk, gericht op een robuuste (Europese) defensiesector. De maatregelen die zijn beschreven in de Kamerbrief «DIS in een geopolitieke context» (Kamerstuk 31 125, nr. 123) vormen hierbij de leidraad. Ten aanzien van EU-programma’s die zijn gericht op de versterking van de Europese Defensie Technologische en Industriële Basis zal het kabinet zich inzetten voor de positionering van de Nederlandse Defensie Technologische en Industriële Basis in dergelijke programma’s.
In Nederland zijn op dit moment geen bedrijven die munitie en raketten (eindproducten) produceren. Er zijn wel bedrijven die componenten van met name raketten maken, bijvoorbeeld omhulsels van raketten en radargeleiding. Dergelijke bedrijven kunnen in aanmerking komen voor steun van het ASAP-voorstel dat is gericht op het verhogen van de productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie. Het kabinet zal zich, net als bij andere EU-programma’s ter ondersteuning van de defensie-industrie, inzetten voor een goede positionering van Nederlandse bedrijven in het ASAP-voorstel, zodra dat is aangenomen.
Zie antwoord vraag 3.
De Raad is overeengekomen om via drie parallelle sporen de levering van grond-tot-grond munitie, artilleriemunitie en raketten aan Oekraïne te vergroten en te versnellen, en de productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie op te schalen. Het eerste spoor ziet op het bevorderen van leveringen uit eigen voorraad en reeds lopende orders. Dit spoor zal een beperkte impact hebben op de Nederlandse defensie-industrie omdat er geen Nederlandse producenten van grond-tot-grond munitie, artilleriemunitie en raketten zijn. Spoor twee richt zich op het bevorderen van gezamenlijke aanschaf ten behoeve van Oekraïne. Dit spoor kan een positieve impact hebben op de Nederlandse defensie-industrie als bedrijven door de grotere Europese vraag orders ontvangen voor componenten die in eindproducten worden gebruikt. De inschakeling van de Nederlandse defensie-industrie in de gezamenlijke aanbestedingen uit het tweede spoor is daarom een belangrijk aandachtspunt in deze verwervingen. Het derde spoor heeft tot doel de productiecapaciteit van de Europese defensie-industrie op te schalen, waarvoor de Commissie het ASAP-voorstel publiceerde. Dit spoor heeft een positieve impact op de Nederlandse defensie-industrie als Nederlandse toeleveranciers via het instrument Uniefinanciering aantrekken voor het verhogen van hun productiecapaciteit. Ook kan het een positief effect hebben als Nederlandse bedrijven via het instrument kunnen investeren in nieuwe capaciteit voor de productie van eindproducten.
Ja.
Teveel openheid kan zowel de bedrijfsvertrouwelijkheid als het proces schaden. Wat ik er op dit moment wel over kan zeggen, is dat sinds bekend werd dat de productie bij VDL Nedcar voor BMW over enkele jaren beëindigd zou worden het kabinet haar volle medewerking verleent aan de zoektocht van VDL Nedcar naar nieuwe klanten en opdrachten, onder meer via de inzet van de Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA). Het gezamenlijke doel is om de werkgelegenheid en bedrijvigheid in Born en de regio langjarig zeker te stellen. Het kabinet onderhoudt intensief contact met VDL Nedcar en betrokken andere partijen over de ontwikkelingen en ondersteunt waar mogelijk, in afstemming en samenwerking met de provincie Limburg. Dat contact en ons commitment is nog steeds actueel; de lijnen tussen betrokkenen zijn kort. Vanuit het kabinet is de Minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) het eerste aanspreekpunt voor VDL Nedcar. Bij het bezoek aan de fabriek op 24 april jl. heeft de Minister van EZK weer uitvoerig met de bestuursvoorzitter van VDL Groep en de VDL Nedcar directie over de toekomst gesproken. Waar relevant en opportuun zijn ook andere bewindspersonen, waaronder de Minister-President, bij het proces betrokken geweest, onder meer in contacten met potentiële klanten. Met de ondersteuning van het kabinet wordt ook invulling gegeven aan de motie van het lid Graus c.s. (Kamerstuk 35 570-XIII, nr. 16) over een integraal plan voor de doorontwikkeling van VDL Nedcar, en aan de motie van het lid Amhaouch c.s. (Kamerstuk 35 438, nr. 9) waar het gaat om kansen creëren voor behoud van werkgelegenheid en het stimuleren van regionale investeringen rondom de maakindustrie.
Het European Defence Industry Reinforcement through common Procurement Act (EDIRPA) beoogt door middel van een financiële prikkel samenwerking te bevorderen tussen lidstaten bij de aanschaf van defensiematerieel. De door EDIRPA ondersteunde aanschaf moet op korte termijn plaatsvinden. Het valt daarom te verwachten dat hiervoor gebruik wordt gemaakt van producten van de plank, van reeds bestaande defensie-industrie. Zoals voorgesteld door de Europese Commissie vloeien de middelen van EDIRPA naar consortia van lidstaten die samen defensiematerieel aanbesteden. VDL Nedcar kan daarom niet zonder meer integreren in het EDIRPA-plan. EDIRPA zal door vraagclustering en grotere orders alleen indirect ten goede kunnen komen aan Europese bedrijven, waaronder Nederlandse bedrijven.
Nee, er zijn weinig kansen om VDL Nedcar te laten profiteren, omdat het EDIRPA-voorstel alleen indirect ten goede zal komen aan bedrijven en hun productiecapaciteit (zie antwoord op vraag 8). In het ASAP-voorstel is wel een directe financiële bijdrage aan het opschalen van productiecapaciteit van Europese bedrijven voorzien. Het ASAP-voorstel is evenwel gericht op de productiecapaciteit van een beperkt aantal defensiesystemen (grond-tot-grond munitie, artilleriemunitie en raketten) die als eindproducten op dit moment niet worden geproduceerd in Nederland. Het kabinet zet zich in om Nederlandse bedrijven goed te positioneren in het toekomstige ASAP-programma als het gaat om de productie van componenten.
Nee, het is niet de verwachting dat EDIRPA er voor kan zorgen dat VDL Nedcar zijn activiteiten en banen kan behouden, omdat VDL Nedcar naar verwachting niet zonder ingrijpende aanpassingen op korte termijn militair materieel kan gaan produceren.
Zie het antwoord op vraag 8.
Ja. Technisch personeel is schaars en gewild in heel Nederland en ook Defensie heeft een tekort aan technisch personeel. De technisch gespecialiseerde werknemers van VDL Nedcar kunnen daarom zeker bijdragen aan het oplossen van die tekorten en daarom heeft Defensie belangstelling om een deel van het VDL Nedcar personeel dat ontslagen dreigt te worden over te nemen. Defensie zal hierbij de geldende procedures voor werving van personeel hanteren.
Op 11 april jl. heeft de Staatssecretaris van Defensie samen met de president-directeur van de VDL groep een intentieverklaring getekend om de samenwerking tussen Defensie en VDL te intensiveren. Het overnemen van overtollige medewerkers past binnen de geest van deze intentieverklaring. We hebben wekelijks contact met VDL Nedcar en blijven zo op de hoogte van de actuele ontwikkelingen.
Bij de reeds lopende gesprekken met VDL Nedcar en de voorgenomen gesprekken met vakbonden en werknemers hanteert Defensie een flexibele houding; dit is in het belang van alle partijen.
Ten aanzien van het helpen van ontslagen medewerkers naar een functie bij de rijksoverheid is er vanuit Defensie wekelijks contact met VDL Nedcar. Het blijkt dat meer dan 100 organisaties zich inmiddels bij het mobiliteitscentrum hebben gemeld om de mogelijkheden tot overgaan van personeel te onderzoeken.
Ja.
Op 2 juni jl. stelde het lid Van Der Plas (BBB) schriftelijke vragen over de ontslagen bij VDL Nedcar en het mogelijk aanwenden van verschillende Europese defensiefondsen (kenmerk 2023Z09899). Helaas blijkt dat de interdepartementale afstemming van de beantwoording meer tijd vraagt dan verwacht. Op dit moment worden de antwoorden gefinaliseerd, u zult deze zo spoedig mogelijk ontvangen, uiterlijk op 5 juli 2023.