Ingediend | 7 september 2022 |
---|---|
Beantwoord | 1 november 2022 (na 55 dagen) |
Indiener | Hanneke van der Werf (D66) |
Beantwoord door | Dilan Yeşilgöz-Zegerius (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | immigratie migratie en integratie |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z16370.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-533.html |
Ja.
Het scheiden van moeder en kind(eren) is begrijpelijkerwijs een zeer heftige gebeurtenis. De scheiding is echter het gevolg van het feit dat de moeder wordt verdacht van het plegen van zeer ernstige, terroristische misdrijven.
Met het oog op de veiligheid van de samenleving is het daarom noodzakelijk dat zij onmiddellijk na binnenkomst in Nederland wordt ingesloten. Verdachten van en veroordeelden voor een terroristisch misdrijf worden uit veiligheidsoverwegingen op de terroristenafdeling (TA) geplaatst.
Detentie is geen wenselijke plek voor een kind. Na terugkeer dragen de organisaties in de jeugdbeschermingsketen zorg voor de kinderen. De kinderen worden drie maanden geobserveerd in een gespecialiseerde instelling om een beeld te krijgen van de specifieke opvoed- en ontwikkelingsbehoeften. Hier zijn experts van het Landelijk Adviesteam (LAT) minderjarige terugkeerders bij betrokken die de kinderen screenen op trauma, hechting en op ideologie en mogelijke radicalisering. In de instelling waar ze verblijven wordt er ook voor gezorgd dat de kinderen gewend raken aan de nieuwe omgeving. De kinderen worden na de observatieperiode, mits hun ontwikkeling dat toelaat, geplaatst bij een pleeggezin (al dan niet bij op ideologie gescreende familie) dat door de Raad voor de Kinderbescherming geschikt is gevonden. Zolang de kinderbeschermingsmaatregel van kracht is monitort de gecertificeerde instelling het welzijn en de veilige ontwikkeling van het kind binnen het (netwerk)pleeggezin, maar ook later wanneer de ouder uit detentie is.
De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) zorgt voor verschillende vormen van contact tussen moeder en kind, mits de veiligheid van de samenleving en veiligheid in de inrichting dat toelaat en dit in het belang van het kind is. Voor kinderen jonger dan negen maanden bestaat de mogelijkheid om bij de moeder in de cel te verblijven. Daarvoor zijn speciale moeder-kindcellen ingericht. Een besluit tot plaatsing van het kind bij de moeder vergt een zorgvuldige afweging, waarbij ook Veilig Thuis en de Raad voor de Kinderbescherming om advies worden gevraagd. Bij een kind ouder dan negen maanden is er een risico op schadelijke effecten van de detentie op de fysieke en verstandelijke ontwikkeling. Daarom wordt voor kinderen ouder dan negen maanden door de betrokken organisaties in de jeugdbeschermingsketen adequate zorg en opvang geregeld. Iedere moeder heeft één uur relatiebezoek per week en zij kan eens per zes weken aanspraak maken op een moeder-kindmoment. De moeder kan daarnaast telefonisch of video-contact hebben met haar kind(eren). Zowel de fysieke moeder-kindmomenten als de belmomenten worden begeleid door de jeugdbeschermer.
Ja. Het kabinet ziet de kinderen als slachtoffers, die niet verantwoordelijk zijn voor het handelen van hun ouders. Daarom acht het kabinet het van groot belang dat deze kinderen na terugkeer in een normale en veilige omgeving kunnen opgroeien en zo goed mogelijk integreren. Dat kan de risico’s op mogelijke radicalisering verminderen. Hiervoor staan de Raad voor de Kinderbescherming en de partners binnen de jeugdbescherming klaar om de kinderen bij terugkeer adequaat bij te staan. Ik verwijs u verder naar mijn antwoord op vraag 2.
In het antwoord op vraag 2 heb ik aangegeven dat het zoveel mogelijk in stand houden van de relatie en het contact tussen moeder en kind het uitgangspunt is, binnen de veiligheidsbeperkingen van de inrichting en wanneer dat in het belang van het kind is.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van der Werf (D66), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over onthechtingsproblematiek bij uit Syrië terugkeerde kinderen (ingezonden 7 september 2022) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.