Ingediend | 31 augustus 2022 |
---|---|
Beantwoord | 7 september 2022 (na 7 dagen) |
Indieners | Suzanne Kröger (GL), Kati Piri (PvdA) |
Beantwoord door | Eric van der Burg (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | immigratie migratie en integratie |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2022Z15989.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20212022-3940.html |
Ja. Met de Kinderombudsman heb ik op 29 augustus jl. een constructief gesprek gevoerd over, onder meer, dit onderwerp.
Het kinderrechtenverdrag verplicht landen om gezinsherenigingsaanvragen van kinderen met welwillendheid, menselijkheid en spoed te behandelen. Het grote belang van het kind om te herenigen met de gezinsleden is iets wat Nederland van harte onderschrijft. Bij de inhoudelijke beoordeling van de nareisaanvraag blijft het belang van het kind dan ook leidend. Het besluit op de aanvraag neemt de IND nog altijd zo snel als praktisch mogelijk is.
De getroffen maatregel dient daarbij zoveel mogelijk te voorkomen dat het kind met de gezinsleden in Nederland geen opvang kan worden geboden die aan onze eigen normen en standaarden voldoet. Met de garantie dat met de maatregel de gezinshereniging slechts met maximaal 6 maanden wordt uitgesteld, meent het kabinet een balans te hebben gevonden tussen het belang van het kind bij zowel geschikte huisvesting als bij de uitoefening van het recht op gezinshereniging.
Ja.
De documenten ten behoeve van de kabinetsbeslissing genomen in de week van 26 augustus vindt u bijgevoegd. 3
Een beperking op het terrein van nareis botst al snel met bijvoorbeeld de EU-gezinsherenigingsrichtlijn. Daar zijn de ambtelijke adviezen steeds duidelijk in geweest. Dat is voor het kabinet dan ook de reden geweest om de maatregel in te richten op de wijze die u heeft kunnen lezen in de brief aan uw Kamer. Dan doel ik op de inhoud van de maatregel, de beperking in duur van de maatregel en een individuele beperking in tijd voor de betreffende personen.
De maatregel geldt alleen voor nareizigers die nog geen besluit op hun aanvraag hebben gekregen. De IND en het COA hebben enige tijd nodig om tot implementatie over te kunnen gaan en handelen hier zo spoedig mogelijk naar.
Het zou naar verwachting tot eind december 2023 ruwweg tussen de 6000 en 8000 nareizigers betreffen die maximaal zes maanden later dan gebruikelijk naar Nederland kunnen reizen.
Het Europees verdrag voor de rechten van de mens wijst lidstaten erop dat iedereen recht heeft op respect voor het familie- en gezinsleven. Bij de inhoudelijke beoordeling van de aanvraag wordt hier niet aan voorbij gegaan.
De Gezinsherenigingsrichtlijn staat het niet toe dat lidstaten eisen dat het gezinslid in Nederland beschikt over geschikte huisvesting. De IND zal deze omstandigheden dan ook niet betrekken bij de beoordeling van de nareisaanvraag. Het ontbreken ervan zal een eventuele inwilliging niet in de weg staan. Als de gezinsleden aan de staande voorwaarden voldoen, zal de IND overgaan op inwilliging.
Als de IND eenmaal heeft vastgesteld dat er recht is op hereniging wordt slechts met de afgifte van een visum daartoe gewacht tot het gezin in Nederland ook daadwerkelijk van geschikte huisvesting kan uitgaan of tot er maximaal zes maanden zijn verstreken. De gezinshereniging wordt daarmee uitgesteld, niet afgesteld.
Deze maatregel wordt enkel genomen omdat het kabinet van oordeel is dat deze maatregel, als onderdeel van een breder pakket, noodzakelijk is om zeker te stellen dat we een einde kunnen maken aan de situaties in Ter Apel die we hebben gezien. Situaties waarin we aan mensen geen opvang kunnen bieden of in het beste geval opvang op een manier die niet voldoet aan onze eigen normen en standaarden.
Met de inrichting waar het kabinet uiteindelijk voor heeft gekozen, wordt primair getracht aanzienlijke verlichting te bieden in de acute situatie in de opvangcrisis.
Met de inrichting waar het kabinet uiteindelijk voor heeft gekozen, wordt getracht de impact zo beperkt mogelijk te houden en toch tegelijkertijd de acute situatie in de opvangcrisis aanzienlijke verlichting te bieden. De getroffen individuele waarborgen dienen er mede toe om de juridische uitlegbaarheid te versterken. In elke situatie is het uiteindelijk aan de rechtspraak om te oordelen over de juridische houdbaarheid.
Uw vragen zijn zo spoedig mogelijk beantwoord.