Ingediend | 6 maart 2019 |
---|---|
Beantwoord | 8 april 2019 (na 33 dagen) |
Indieners | Madeleine van Toorenburg (CDA), Chris van Dam (CDA) |
Beantwoord door | Mark Harbers (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD), Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
Onderwerpen | criminaliteit immigratie migratie en integratie openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2019Z04318.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-2203.html |
Ja.
De overlast die wordt veroorzaakt door een beperkte groep asielzoekers, is volstrekt onacceptabel. Dit geldt voor overlastgevend gedrag op de COA-locaties, maar uiteraard ook daarbuiten. Er zijn maatregelen getroffen om de ketensamenwerking te verbeteren. Daarbij is ook het belang van goede informatie-uitwisseling en dossiervorming onderkend.
Dit betekent concreet dat informatie over een (overlastgevende) bewoner bij een overplaatsing op de nieuwe COA-locatie bekend is; dat de politie incidenten op een zodanige manier registreert dat kan worden nagegaan of de betrokkene een asielachtergrond heeft; dat de IND en DT&V ten behoeve van de asielprocedure en het vertrekproces door middel van een uittreksel van de justitiële documentatie nagaan of een asielzoeker eerder met justitie in aanraking is geweest; dat bij overplaatsingen tussen asielzoekerscentra dossiers worden overgedragen, en dat bij de zwaardere overlastgevende asielzoekers, die in een EBTL worden geplaatst, ook de politie wordt ingelicht. Uit gegevens vanuit de migratieketen blijkt dat personen uit de zogenoemde veilige landen relatief vaker dan de gemiddelde asielzoeker overlastgevend en/of crimineel gedrag vertonen. Deze aanvragen worden sneller afgedaan.
Tijdens het AO JBZ op 6 maart jl. heb ik aangegeven dat ik bereid ben te kijken of een additionele databank meerwaarde heeft. Daarbij heb ik tegelijkertijd aangegeven dat er al heel veel zaken worden geregistreerd. Deze registratie is op een aantal punten inmiddels ook verbeterd. Het ontwikkelen van een additionele databank zal ook lang duren. Om die reden is het voor de korte termijn van belang dat bestaande structuren en systemen ten volle worden benut om belangrijke informatie uit te wisselen. Voorbeelden hiervan zijn het Lokaal terugkeeroverleg,2 het Regionaal afstemmingsoverleg3 en het lokale driehoeksoverleg.4 Zo is er met diverse gemeenten gesproken over de noodzaak tot nauwere lokale samenwerking om de aanpak van overlast van asielzoekers te doen slagen.
Zie antwoord vraag 2.
Ja. Met het oog op de veiligheid op COA-locaties houdt het COA een registratie bij van incidenten die op die locaties gebeuren en daarmee is betrokkenheid bij incidenten inzichtelijk in de persoonsdossiers. Dit betekent dat informatie over een bewoner bij een overplaatsing op de nieuwe locatie bekend is. Indien nodig vindt er ook telefonisch contact plaats tussen de locaties ten behoeve van een warme dossieroverdracht. Daarnaast is het zo dat de politie, met het oog op haar taak voor het bewaken van de openbare orde, een registratie bijhoudt van incidenten, op een zodanige manier dat ook kan worden nagegaan of de betrokkene een asielachtergrond heeft. Deze informatie is door geautoriseerde politie-agenten raadpleegbaar. Dus ook als een asielzoeker wordt overgeplaatst naar een nieuwe locatie.
Nee, dit beeld herken ik niet. De aanpak van criminele asielzoekers vindt in eerste instantie plaats binnen de strafrechtketen. Dit kan vanaf elke COA-locatie en staat los van het verplaatsen van een asielzoeker.
Op de COA locatie is de aanpak van overlastgevend gedrag gericht op optreden tegen onaanvaardbaar gedrag en beïnvloeding van houding en gedrag van overlastgevenden ten behoeve van de veiligheid en leefbaarheid op de locatie, alsook de directe omgeving. Hier bestaat een set aan maatregelen voor, waaronder directe overplaatsing naar een ebtl, overplaatsing naar een andere locatie om de groepsdynamiek te doorbreken en onthouden van verstrekkingen. Er wordt altijd aangifte bij de politie gedaan indien daartoe aanleiding is. Samenwerking tussen betrokken partners is daarnaast van groot belang. Zie hiervoor het antwoord op vraag 6.
Er zijn maatregelen getroffen om de ketensamenwerking te verbeteren. Daarbij is ook het belang van goede informatie-uitwisseling en dossiervorming onderkend. Het COA is met de politie in gesprek om te bekijken hoe de samenwerking verbeterd kan worden, aangezien het COA niet altijd op de hoogte is, dan wel wordt gesteld van de criminele gedragingen van de asielzoeker. Verbetering is mogelijk ten aanzien van het delen van informatie en elkaar informeren, binnen de wettelijke kaders van informatieoverdracht.
Hierbij bericht ik u, mede namens Minister van Justitie en Veiligheid dat de schriftelijke vragen van de leden Van Toorenburg en Van Dam (beiden CDA) over het bericht «Onverbeterlijke criminele asielzoeker heeft vrij spel» (ingezonden 6 maart 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.