Ingediend | 16 mei 2017 |
---|---|
Beantwoord | 12 juni 2017 (na 27 dagen) |
Indiener | Tjeerd de Groot (D66) |
Beantwoord door | Martijn van Dam (staatssecretaris economische zaken) (PvdA) |
Onderwerpen | natuur en milieu stoffen |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z06354.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-2060.html |
De mest uit potstallen is rijk aan organische bestanddelen en kan daarmee bijdragen aan het verhogen van het organische stofgehalte en de structuur van de bodem.
De milieu-investeringsaftrek (MIA) en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen (VAMIL) zijn investeringsregelingen die het investeren in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen extra aantrekkelijk maken. Bedrijfsmiddelen die in aanmerking komen voor MIA en/of VAMIL staan vermeld op de Milieulijst. De Milieulijst wordt jaarlijks geactualiseerd. Op basis van de Milieulijst 2017 bestaat de mogelijkheid tot gebruik van MIA en/of VAMIL voor investeringen in stallen in de volgende gevallen:
Ja. Het potstalsysteem staat niet als huisvestingsysteem in bijlage 1 van de Rav. Het valt in de categorie overige huisvestingssystemen (A 1.100). Sinds de invoering van het Besluit emissiearme huisvesting (Beh) in 2015 mag dit stalsysteem niet meer worden gebouwd, omdat de ammoniakemissie te hoog is en daarmee niet voldoet aan de maximale emissiewaarde.
Wel is er een alternatief voor de potstal ontwikkeld, de zogenaamde vrijloopstal. De vrijloopstal is een stal waarbij gebruik wordt gemaakt van een strooiselbodem en waarin een melkkoe meer dan 10 vierkante meter per dier aan leefruimte heeft. De vrijloopstal kan wel worden toegepast, omdat in het Besluit emissiearme huisvesting (Beh) in artikel 2 lid 2 onder a is bepaald dat het Beh niet van toepassing is op vrijloopstallen. De signalen dat de vrijloopstal wel in de bijlage van de Rav staat, hebben hier waarschijnlijk mee te maken. Een vrijloopstal die ook een proefstalstatus heeft, kan in aanmerking komen voor MIA en/of VAMIL. Zie ook het antwoord op vraag 2.
Het is mogelijk een stal met een biologisch-dynamische bedrijfsvoering te certificeren in het kader van de MDV. Hierbij dient voldaan te worden aan de voorwaarden voor de duurzaamheidsthema’s die in de deelmaatlatten van de MDV zijn vastgelegd.
Er is geen ander rijkssubsidie-instrumentarium waarmee investeringen in potstallen worden ondersteund.
In potstallen en in de vrijloopstallen wordt dikke en dunne mest niet gescheiden.
In de MDV voor de melkveehouderij, vleeskalverhouderij en vleesvarkenshouderij zijn stalsystemen opgenomen waarbij de dunne en dikke mest wordt gescheiden. Deze systemen komen in aanmerking voor de MIA en/of VAMIL als aan de voorwaarden wordt voldaan. Voor innovatieve emissiearme stalsystemen met mestscheiding kan een beroep worden gedaan op de proefstalstatus in het kader van de Rav en is ondersteuning via de MIA en VAMIL mogelijk.