Ingediend | 8 januari 2016 |
---|---|
Beantwoord | 3 februari 2016 (na 26 dagen) |
Indieners | Louis Bontes (GrBvK), Joram van Klaveren (GrBvK) |
Beantwoord door | Klaas Dijkhoff (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit immigratie migratie en integratie openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z00186.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-1357.html |
Ja.
De verdachte is een gezinslid van een toegelaten asielzoeker die niet in een asielzoekerscentrum heeft verbleven.
In mijn brief aan uw Kamer van 25 november 20152 heb ik aangegeven dat personen die maatschappelijk onaanvaardbaar gedrag vertonen, niet in aanmerking moeten komen voor verblijf in Nederland. Het past daarbij binnen onze rechtstaat dat het oordeel over de feiten en de schuldvraag aan de onafhankelijke rechter is.
In deze brief heb ik aangekondigd dat het beleid met betrekking tot deze normen aangescherpt zal worden. Van een ernstig misdrijf zal sprake zijn als de asielzoeker is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. Van een bijzonder ernstig misdrijf waarvan sprake moet zijn voor het afwijzen of intrekken van een vergunning, is sprake bij een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 10 maanden. De IND wacht, indien nodig, zo lang als wettelijk toegestaan met de beslissing op de asielaanvraag tot de uitspraak van de rechter in een eventuele strafzaak bekend is.
Mochten verdachten zich onttrekken aan het overheidstoezicht, dan worden zij door de politie gesignaleerd in het Schengen Informatiesysteem (SIS II) Dat geldt ook voor asielzoekers. Melden zij zich vervolgens in een ander land voor asiel, dan kunnen de autoriteiten daar zien dat zij in Nederland gesignaleerd staan en de asielzoeker terugsturen naar Nederland om hier zijn proces te krijgen en eventuele straf uit te zitten. Criminelen, van welke achtergrond dan ook, worden veroordeeld voor de door hen begane feiten en zitten in het land waar zij veroordeeld zijn de straf uit.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Van Klaveren en Bontes (beiden Groep Bontes/Van Klaveren) van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over een van groepsverkrachting verdachte asielzoeker (ingezonden 8 januari 2016) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.