Ingediend | 23 oktober 2013 |
---|---|
Beantwoord | 15 november 2013 (na 23 dagen) |
Indiener | Albert de Vries (PvdA) |
Beantwoord door | Melanie Schultz van Haegen (minister infrastructuur en waterstaat) (VVD), Henk Kamp (minister economische zaken) (VVD) |
Onderwerpen | cultuur en recreatie recreatie verkeer water |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z20294.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-516.html |
Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen particuliere en openbare havens en tussen havens beheerd door lagere overheden en havens beheerd door de rijksoverheid.
De toepasbaarheid van de HISWA-voorwaarden is dus wisselend.
De Provinciewet en de Gemeentewet vormen de wettelijke grondslag voor de heffing van retributies, waaronder havengeld. Verder bevat afdeling 3 van titel 5 van boek 6 van het Burgerlijk Wetboek voorschriften over algemene voorwaarden. Op grond van deze voorschriften mogen bedingen in algemene voorwaarden niet onredelijk bezwarend zijn.
Ik zie geen aanleiding voor nationale regelgeving op dit detailniveau. Ik vind die ook ongewenst gelet op het streven naar decentralisatie en vermindering van de regeldruk. In de onderhavige kwestie wil ik vertrouwen op het zelfregulerend vermogen van de recreatievaartsector zelf en desgewenst op het overleg tussen die sector en de direct betrokken overheden. De HISWA voorwaarden zouden hierbij richtinggevend kunnen zijn.