Kamervraag 2013Z13665

De samenwerking tussen de EU en de Organisation of Islamic Cooperation (OIC)

Ingediend 28 juni 2013
Beantwoord 22 juli 2013 (na 24 dagen)
Indieners Geert Wilders (PVV), Barry Madlener (PVV), Raymond de Roon (PVV), Joram van Klaveren (PVV)
Beantwoord door Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA)
Onderwerpen cultuur en recreatie recht religie staatsrecht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z13665.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2886.html
  • Vraag 1
    Heeft u vernomen dat de OIC de status van permanente waarnemer bij de EU heeft verkregen en dat Commissievoorzitter Barroso bij die gelegenheid heeft gesproken met de secretaris-generaal van de OIC over verbetering van de samenwerking tussen beide organisaties?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de mening dat de OIC een organisatie is van voornamelijk islamitische dictaturen, die er blijkens de artikelen 24 en 25 van hun verklaring van Caïro op uit zijn om de mensenrechten te knevelen door ondergeschikt making daarvan aan de sharia?2 Deelt u de mening dat dit ook blijkt uit het OIC-beleid om de kritiek op de islam aan banden te leggen?

    Nee. Hoewel de Caïro-declaratie ingaat tegen zowel de letter als de geest van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, legt deze verklaring geen wettelijke verplichting op. Bovendien gaat het om een verklaring die meer dan twintig jaar geleden werd opgesteld. Passages die in strijd zijn met de universaliteit van de rechten van de mens, zijn sindsdien ook binnen de OIC vaker gerelativeerd.

  • Vraag 3
    Wilt u in de krachtigst mogelijke bewoordingen afstand nemen van de recente uitlating van de secretaris-generaal van de OIC, Ekmeleddin Ihsanoglu, «dat er een religieuze vervolging van moslims is in het Westen»3? Zo neen, waarom niet?

    De woorden van de secretaris-generaal voor zijn rekening.

  • Vraag 4
    Is het u bekend dat de OIC, onder aanvoering van deze secretaris-generaal, een campagne heeft gevoerd om te bevorderen dat in het internationaal recht kritiek op de islam aan banden wordt gelegd4?

    Ja. De OIC diende in de VN-mensenrechtenfora eerder resoluties in over godsdienstlastering. De laatste jaren is hiervan echter geen sprake meer.

  • Vraag 5
    Weet u ook dat deze secretaris-generaal zijn strijd blijft voortzetten om islamkritiek aan banden te leggen door het bevorderen van sancties5?

    Nee. Wel heeft de OIC al geruime tijd veel aandacht voor het tegengaan van religieuze intolerantie.

  • Vraag 6
    Wilt u bevestigen, dat u het beleid van uw ambtsvoorganger, minister Rosenthal, onverkort voortzet, voor zover inhoudende dat Nederland bezwaar maakt tegen de internationale lobby van de OIC om de vrijheid van meningsuiting in te perken ter bescherming van religies6? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat heeft u gedaan om die beleidslijn uit te voeren en wat gaat u daartoe in de toekomst doen?

    Ja. Nederland zet zich in EU-verband onverkort in voor de bescherming van de vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst en levensovertuiging. Nederland doet dat door in de onderhandelingen in de VN-mensenrechtenfora consequent een mensenrechtenbenadering te hanteren en te benadrukken dat individuen – en niet religies of levensovertuigingen – rechtenhouders zijn.

  • Vraag 7
    Deelt u de mening dat de OIC in Europa niets te zoeken heeft en contacten van de Nederlandse overheid en van de EU met die organisatie uitermate onwenselijk zijn en vermeden moeten worden?

    Nee.

  • Vraag 8
    Wilt u bevorderen dat de waarnemersstatus van de OIC bij de EU zo snel mogelijk wordt opgeheven?

    Nee.

  • Vraag 9
    Indien uw antwoord op de voorgaande twee vragen negatief zou zijn: waarom wilt u dat er contacten bestaan met een organisatie waar islamitische dictaturen de toon zetten en die tot doel heeft om de mensenrechten ondergeschikt te maken aan de sharia?

    Zie mijn antwoorden op de vragen 2 en 6.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2013Z13665
Volledige titel: De samenwerking tussen de EU en de Organisation of Islamic Cooperation (OIC)
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20122013-2886
Volledige titel: Antwoord vragen van de leden Wilders, de Roon, Madlener en van Klaveren over de samenwerking tussen de EU en de Organisation of Islamic Cooperation (OIC)