Kamervraag 2013Z13660

De uitvoering van de kinderasielregeling

Ingediend 28 juni 2013
Beantwoord 1 augustus 2013 (na 34 dagen)
Indiener Sharon Gesthuizen (GL)
Beantwoord door Fred Teeven (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen immigratie migratie en integratie
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z13660.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2918.html
  • Vraag 1
    Klopt het dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bij grensgevallen een voornemen tot een reisverbod stuurt naar aanvragers van een vergunning op grond van de regeling langdurig in Nederland verblijvende kinderen, terwijl de aanvraagprocedure nog loopt? Is deze procedure standaard? Zo ja, waarom? In hoeveel gevallen is een dergelijk voornemen reeds verstuurd? Zo nee, op welke gronden kan zo’n voornemen worden verzonden voordat een beslissing is genomen op de aanvraag?

    Bij de voorbereiding van de beslissing op een aanvraag op grond van een regulier verblijfsdoel, waaronder de speciale regeling voor langdurig verblijvende kinderen, bekijkt de IND of de aanvraag kans van slagen heeft of niet. Ook beoordeelt de IND of bij een afwijzing van de aanvraag een vertrektermijn moet worden onthouden en een inreisverbod kan worden opgelegd.
    Een afwijzing gaat niet zonder meer gepaard met een inreisverbod. Wanneer de IND van oordeel is dat in een individuele zaak mogelijk een inreisverbod moet worden uitgevaardigd, verstuurt zij vóórdat op de verblijfsaanvraag wordt beslist de aanvrager een brief waarin staat dat de mogelijkheid om een inreisverbod op te leggen nader wordt bestudeerd. Deze brief is bedoeld om de vreemdeling de gelegenheid te bieden omstandigheden aan te voeren, die aan het opleggen van een inreisverbod in de weg staan. Het zorgvuldigheidsbeginsel, zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht, verplicht hiertoe. De zienswijze wordt betrokken bij het uiteindelijke besluit.
    Om verwarring te voorkomen, zal ik de brief laten aanpassen, zodat de bedoeling van de brief duidelijker wordt en tevens helder is dat de brief niet vooruitloopt op de beslissing op de verblijfsaanvraag.

  • Vraag 2
    Is dit de wijze waarop u in het kader en in de geest van het regeerakkoord invulling hebt willen geven aan de kinderasielregeling?1

    Ja.

  • Vraag 3
    Deelt u de mening dat het voortijdig verzenden van een voornemen van een inreisverbod tot veel verwarring kan leiden bij de aanvragers, omdat zij op grond van artikel 8 Vreemdelingenwet 2000 rechtmatig verblijf hebben als zij nog in afwachting zijn van de beslissing op hun aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning? Zo nee, waarom niet? Zo ja, gaat u deze praktijk wijzigen?

    Zie antwoord vraag 1.

  • Vraag 4
    Op welke wijze heeft u invulling gegeven aan uw toezegging om een aanvraag van een vergunning op grond van de overgangsregeling langdurig in Nederland verblijvende kinderen toch toe te wijzen, ondanks dat niet aan alle voorwaarden maar wel aan de hoofdvoorwaarden is voldaan en dat anders wordt bekeken of deze aanvragen niet om een andere reden discretionair afgedaan kunnen worden?2

Kamervraag document nummer: kv-tk-2013Z13660
Volledige titel: Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de uitvoering van de kinderasielregeling (ingezonden 28 juni 2013).
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20122013-2918
Volledige titel: Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de uitvoering van de kinderasielregeling (ingezonden 28 juni 2013).