Ingediend | 20 februari 2012 |
---|---|
Beantwoord | 20 maart 2012 (na 29 dagen) |
Indiener | Jasper van Dijk |
Beantwoord door | Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA) |
Onderwerpen | bouwen en verbouwen criminaliteit huisvesting onderwijs en wetenschap openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z03207.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1904.html |
Van dit bericht heb ik kennis genomen. Ik wacht de conclusies van het nog lopende onderzoek door het Openbaar Ministerie af.
Naast het onderzoek bij het Openbaar Ministerie, heeft stichting BOOR extern onderzoek in gang gezet naar de bedrijfsvoering en naar personen en relaties binnen het bestuur. Om belangenverstrengeling te vermijden, wordt dit onderzoek aangestuurd door een onafhankelijk advocaten- en notariskantoor.
Zoals gezegd, loopt het onderzoek door het Openbaar Ministerie nog. De conclusies van dit onderzoek wil ik afwachten voordat ik mij uitspreek over eventueel wanbeleid.
De stichting BOOR heeft een algemeen bestuur en een college van bestuur. Het algemeen bestuur fungeert als raad van toezicht van de stichting. Aangezien het hier om openbare scholen gaat, benoemt de gemeenteraad de bestuursleden. Ten minste een derde gedeelte, doch geen meerderheid van die leden, wordt benoemd op bindende voordracht van de ouders van de leerlingen. Gezien zijn toezichthoudende taak, is het algemeen bestuur bevoegd om in te grijpen bij ernstig wanbeleid. In die situatie kan ook de gemeenteraad ingrijpen. In geval van ernstige taakverwaarlozing door het bestuur of functioneren in strijd met de wet is de raad namelijk bevoegd zelf te voorzien in het bestuur van de scholen en zo nodig de stichting te ontbinden. Als minister ten slotte ben ik bevoegd om bij wanbeheer van een of meer bestuurders of toezichthouders een aanwijzing te geven. In ernstige gevallen kan ik een schoolbestuur opdracht geven één of meer bestuurders of toezichthouders te vervangen
Zie mijn antwoord op vraag 3.
Over de menselijke maat in relatie tot de omvang van de besturen en vestigingen kan geen algemene uitspraak worden gedaan. De mate waarin de menselijke maat op scholen geborgd is, hangt niet direct samen met de omvang van het bestuur. In de praktijk blijkt dat het ook voor grootschalige (bestuurlijke) verbanden goed mogelijk is het onderwijs relatief kleinschalig te organiseren.
Zie mijn antwoord op vraag 3. Verder is het mijn taak om ervoor te zorgen dat de rijksbekostiging (het geld van de belastingbetaler) wordt ingezet in overeenstemming met de wettelijke voorschriften. Ondoelmatig en/of onrechtmatig bestede middelen zullen worden teruggevorderd.
Zie mijn antwoord op vraag 5 en 6.