Ingediend | 12 december 2011 |
---|---|
Beantwoord | 24 januari 2012 (na 43 dagen) |
Indieners | Richard de Mos (PVV), André Elissen (PVV) |
Beantwoord door | Joop Atsma (staatssecretaris infrastructuur en waterstaat) (CDA) |
Onderwerpen | natuur en milieu stoffen |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z25889.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1267.html |
Ja.
Ik deel uw mening dat het onaanvaardbaar is, dat niet-bevoegde mensen dicht bij olieopslagtanks kunnen komen.
Grote olieterminals in Nederland vallen onder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit Risico Zware Ongevallen (BRZO) en dienen op grond hiervan zowel over een omgevingsvergunning als een goedgekeurd Veiligheidsrapport (VR) te beschikken. Op grond hiervan worden in eerste instantie eisen gesteld aan het veilig functioneren van de installaties. Echter in een omgevingsvergunning kunnen tevens voorschriften worden opgenomen ten aanzien van onder meer het houden van toezicht, bekwaamheidseisen van personeel en de afsluiting van terreinen door middel van hekwerken.
In Nederland is tussen de Rijksoverheid en het bedrijfsleven een convenant afgesloten met betrekking tot bedrijven uit de olie- en petrochemische sector.
De focus ligt hierbij op security (met name op de terroristische dreiging). Het bedrijfsleven implementeert momenteel een securitymanagementsysteem met als doel het weerstandsvermogen tegen een kwaadwillende actie te verhogen om zodoende de kans op ongewenste gevolgen sterk te verminderen. Het onbevoegd betreden van een terrein van een bedrijf past binnen de vastgestelde standaard dreigingscenario’s die zijn meegenomen in een securitymanagementsysteem van een bedrijf dat is aangesloten bij het convenant met de olie- en petrochemische sector. Het convenant voorziet in het onderhouden en verbeteren van het securitymanagementsysteem.
Voorts zijn in Nederland de EU-verordening 725/2004 en de Havenbeveiligingswet van toepassing in verband met de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten (weerstandsverhoging tegen bijvoorbeeld een terroristische aanslag). Deze wet bepaalt dat alle zeehaventerreinen in Nederland, inclusief die met olietanks, waar vrachtschepen boven 500 ton in het internationale verkeer laden en lossen, moeten beschikken over een door de Burgemeester van de betreffende havengemeente goedgekeurd beveiligingsplan. Het rechtstreekse toezicht hierop berust eveneens bij de Burgemeester van een betreffende havengemeente. De Inspectie voor de Leefomgeving en Transport (ILT) verzorgt het tweedelijns toezicht. De ILT heeft geen aanwijzingen dat gemeenten deze taak niet naar behoren vervullen.
Op basis van het bovenstaande ben ik van mening dat de wet- en regelgeving ten aanzien van dit soort bedrijven voldoende is om de kans op een terroristische aanslag of een actie van een anderszins kwaadwillende, zoveel als mogelijk te verkleinen c.q. te verhinderen. Garantie dat een voorval zoals in het artikel aangehaald nooit meer zal optreden, kan niet worden gegeven.
Het bedrijf beschikt over een omgevingsvergunning en een veiligheidsrapport. Verder heeft het betreffende bedrijf op basis van de EU-verordening een «Port Facility Security Plan» gemaakt. Hiervoor is op 6 juli 2011 het «Havenbeveiligingscertificaat» afgegeven door de Directie Openbare Orde en Veiligheid van de gemeente Amsterdam. Voorts isde gemeente Amsterdam in gesprek met het bedrijf over het voorval.
Zie antwoord vraag 3.