Ingediend | 8 september 2011 |
---|---|
Beantwoord | 2 november 2011 (na 55 dagen) |
Indiener | Sharon Gesthuizen (GL) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | immigratie migratie en integratie |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z17196.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-531.html |
Ja.
De SMAK bestaat niet uit gerenommeerde medische deskundigen. In een recente uitspraak van de rechtbank te Dordrecht3 is geconcludeerd dat leden van de SMAK niet als specifiek deskundig worden gekenmerkt. De kritiek van de SMAK is sinds 1999 nauwelijks veranderd en is keer op keer in vele vreemdelingrechtelijke en medisch-juridische procedures weerlegd. De Raad van State en het Centraal Medisch Tuchtcollege staan het leeftijdsonderzoek in Nederland toe. Uw Kamer is hierover door de jaren heen meerdere malen geïnformeerd.
Ik deel de geuite kritiek niet, dat het leeftijdsonderzoek in Nederland niet of onvoldoende wetenschappelijk is onderbouwd. De argumenten die SMAK in het artikel in Trouw noemt, herken ik niet. Ik noem bijvoorbeeld het standpunt van de SMAK dat er nog te weinig wetenschappelijk onderzoek zou zijn gedaan. Er zijn inmiddels al vele – ook recente – artikelen gepubliceerd over het uitrijpen van sleutelbeenderen4. Volledig uitgerijpte sleutelbeenderen zijn in het Nederlandse onderzoek aanleiding om te concluderen dat de persoon meerderjarig is, omdat de vreemdeling in dat geval, volgens wetenschappelijke inzichten, minstens 20 jaar oud is. In de studies zijn de jongste individuen met volledig uitgerijpte sleutelbeenderen immers 20 jaar oud. Het is hiermee vrijwel uitgesloten dat een minderjarige ten onrechte als meerderjarige wordt aangemerkt.
Vooral in de beginperiode van het leeftijdsonderzoek is dit onderzoek onderhevig geweest aan kritiek. Om de procedure duidelijker en zorgvuldiger in te richten, is het Protocol Leeftijdsonderzoek ontwikkeld. Dit Protocol wordt aangepast indien hiertoe aanleiding bestaat. Een ander voorbeeld is de recente aanpassing van de voorheen gestelde minimale leeftijd bij een uitgerijpte pols, op advies van de NFI-deskundige, naar aanleiding van nieuw verschenen wetenschappelijk onderzoek. In het leeftijdsonderzoek wordt nu niet langer een conclusie betreffende de minimale leeftijd van betrokkene verbonden aan de uitrijping van de pols. Wel worden hand-pols opnamen gemaakt om te beslissen of het zinvol is om sleutelbeenopnamen te maken. Immers, als hand-pols niet volledig is uitgerijpt, wordt de vreemdeling gevolgd in zijn gestelde minderjarigheid en behoeven er geen sleutelbeenfoto’s te worden gemaakt. Hiermee wordt de stralingsbelasting geminimaliseerd.
De vraag of er sprake is van een keuze in het aanvragen van het leeftijdsonderzoek, staat volledig los van de kwaliteit van het onderzoek op zichzelf.
Aan (evident) jonge asielzoekers wordt geen leeftijdsonderzoek aangeboden. Een leeftijdsonderzoek kan worden aangeboden aan een vreemdeling die zich aanmeldt als minderjarige en die zijn identiteit niet met documenten kan staven, én bij wie sterke twijfel bestaat ten aanzien van de gestelde minderjarigheid. Deze inschatting wordt door meerdere ambtenaren gemaakt, waarbij uiterlijk, gedrag en houding worden betrokken en een gesprek plaatsvindt. Met dit leeftijdsonderzoek kan de vreemdeling zijn gestelde minderjarigheid aantonen. Als de vreemdeling hieraan niet mee wil werken, wordt hij als meerderjarige aangemerkt.
Zoals uit mijn antwoorden mag blijken, wordt kritiek op het leeftijdsonderzoek serieus genomen en heeft deze voor zover noodzakelijk geacht werd, tot aanpassingen geleid. De kritiek zoals genoemd in de artikelen in Trouw, van SMAK en Defence for Children is mij bekend en leidt bij mij, zoals ik heb uitgelegd, niet tot het oordeel dat het leeftijdsonderzoek onbetrouwbaar is.
Overigens lijkt een deel van de kritiek voort te komen uit een misvatting dat bij het leeftijdsonderzoek de leeftijd van een (gestelde) minderjarige vreemdeling wordt «vastgesteld». De stelling, bijvoorbeeld, dat met een röntgenfoto geen exacte leeftijd valt te bepalen wordt door mij onderschreven. In Nederland wordt niet getracht om een zo nauwkeurig mogelijk leeftijdsinterval vast te stellen. Slechts wordt beoogd te bepalen of de vreemdeling mogelijk minderjarig is, of meerderjarig.
Het leeftijdsonderzoek zoals dit in Nederland wordt uitgevoerd, is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten en wordt steeds actueel gehouden. Bovendien is er een onafhankelijke Commissie Leeftijdsonderzoek ingesteld die toezicht houdt op het leeftijdsonderzoek in Nederland. Deze Commissie zal binnen afzienbare tijd een rapport uitbrengen over het leeftijdsonderzoek. Hiermee is naar mijn mening een onafhankelijk onderzoek van geen toegevoegde waarde.
Naar aanleiding van de schriftelijke vragen van het lid Gesthuizen (SP), over de berichten dat botonderzoek bij jonge asielzoekers niet voldoet, die werden ingezonden op 8 september 2011, deel ik u mee dat het niet mogelijk is deze vragen binnen de gestelde termijn te beantwoorden. De oorzaak hiervan is dat nog niet alle gegevens zijn verkregen die voor de beantwoording nodig zijn. Beantwoording zal plaatsvinden zodra alle informatie is verkregen.