Ingediend | 10 juni 2011 |
---|---|
Beantwoord | 7 juli 2011 (na 27 dagen) |
Indiener | Hans Spekman (PvdA) |
Beantwoord door | |
Onderwerpen | immigratie migratie en integratie |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2011Z12418.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3088.html |
Ja.1
Minderjarige kinderen zijn als een kwetsbare groep aan te merken. Dit wil echter niet zeggen dat er op de overheid zonder meer een rechtsplicht rust om onder meer te voorzien in de dagelijkse verzorging en opvang van het minderjarig kind. Dit heb ik ook betoogd in het cassatieberoep dat door mij is ingesteld bij de Hoge Raad naar aanleiding van een uitspraak van het gerechtshof in ’s Gravenhage van 11 januari 2011. In de eerste plaats zijn de ouders verantwoordelijk voor het welzijn van hun kinderen.
De uitspraak van het Hof betreft een voorlopig oordeel in afwachting van een definitief oordeel over de zaak. Ik acht het voorbarig om, vooruitlopend op het definitieve oordeel van de Centrale Raad van Beroep, conclusies te trekken.
De uitspraak richt zich tot de gemeente Amsterdam. Het betreft bovendien een voorlopige uitspraak, waarop nog een eindoordeel zal volgen. Het is aan de individuele gemeenten om te bepalen welke conclusies zij verbinden aan dit voorlopig oordeel van de Centrale Raad van Beroep.
Zoals opgemerkt in mijn antwoord op vraag 3, acht ik het voorbarig om aan deze voorlopige uitspraak definitieve conclusies te verbinden.
Wel stel ik vast dat deze uitspraak betrekking heeft op een gezin met een minderjarig kind. Naar aanleiding van een uitspraak van het Gerechtshof ’s-Gravenhage van 11 januari 2011, heb ik uw Kamer in mijn bief van 18 januari 2011 (TK, 2010–2011, 29 344, nr. 79) gemeld, dat uitgeprocedeerde gezinnen met minderjarige kinderen niet op straat worden gezet. Ik wijs er in dat verband op dat een door mij ingestelde cassatieprocedure aanhangig is bij de Hoge Raad naar aanleiding van deze uitspraak. In afwachting van de uitspraak van de Hoge Raad zal de op dit moment verleende opvang aan gezinnen met minderjarige kinderen door mij niet worden beëindigd.