Ontvangen 24 oktober 2023
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Vóór artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:
II
Artikel I, onderdeel D, vervalt.
III
Artikel I, onderdeel E, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onder 2, aanhef, wordt «het derde tot en met zevende lid tot vierde tot en met achtste lid» vervangen door «het derde tot en met vijfde lid tot vierde tot en met zesde lid».
2. Onder 3 komt te luiden:
3. In het vijfde lid (nieuw) wordt «het eerste en derde lid» vervangen door «het eerste, tweede en vierde lid».
IV
Artikel I, onderdeel F, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder 2 komt te luiden:
2. Onder vernummering van het tweede tot en met vierde lid tot derde tot en met vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
2. Op verzoek wordt aan de verbruiker teruggaaf van de belasting verleend met betrekking tot elektriciteit die wordt gebruikt op een in artikel 64, eerste lid, onderdeel c, bedoelde wijze.
2. In onder 3 wordt «derde lid» vervangen door «derde lid (nieuw)» en wordt «artikel 64, derde lid, eerste volzin, tweede aandachtsstreepje, vierde en vijfde lid,» vervangen door «artikel 64, derde lid,». Voorts wordt «artikel 64, eerste lid, onderdeel b, vierde lid, eerste volzin, tweede aandachtsstreepje, vijfde en zesde lid,» vervangen door «artikel 64, eerste lid, onderdeel b, tweede en vierde lid,».
V
In artikel I, onderdeel J, vervalt «vervalt in de eerste zin «60, eerste lid,» en».
VI
Artikel II, onderdeel A, vervalt.
VII
Artikel III, onderdeel A, vervalt.
VIII
Artikel IV, onderdeel A, vervalt.
IX
Artikel V, onderdeel A, vervalt.
X
Artikel VI, onderdeel A, vervalt.
XI
Artikel VI, onderdeel B, vervalt.
XII
Artikel VI, onderdeel C, vervalt.
Dit amendement schaft het verlaagd tarief in de energiebelasting voor de glastuinbouw af per 1 januari 2024. De indiener is van mening dat fossiele subsidies de energietransitie en het tegengaan van klimaatverandering frustreren, omdat ze zorgen voor een financiële prikkel om fossiele brandstoffen dan wel grondstoffen te blijven gebruiken. De indiener stelt daarom voor om nu te beginnen met het afbouwen van fossiele subsidies.
De indiener vindt het daarbij onnodig om lange afbouwpaden in te bouwen voor maatregelen die ook direct genomen kunnen worden. Daarom regelt dit amendement dat het verlaagd tarief voor de glastuinbouw per 1 januari 2024 wordt afgeschaft. De indiener heeft naast dit amendement ook een amendement ingediend op het wetsvoorstel Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit, om het verlaagd tarief in de energiebelasting voor de glastuinbouw per 1 januari 2024 af te schaffen.
Budgettair
Afschaffing van het verlaagd tarief glastuinbouw levert een aflopende budgettaire opbrengst op omdat het verlaagd tarief in de periode 2025–2030 reeds wordt afgebouwd. De ramingen bij een amendement aan de inkomstenkant van de begroting staan volgens gebruik jaar van invoering, in dit geval 2024. Bij dekking aan de inkomstenkant is dat ook het relevante bedrag. Mocht voor dekking aan de uitgavenkant gekozen worden dan gelden de bedragen in prijspeil 2023, omdat de uitgavenplafonds nog in prijspeil 2023 staan. Daarom zijn hieronder beide weergegeven.
2024 |
2025 |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 |
Struc. |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengst in prijspeil 2023 |
171 |
130 |
99 |
77 |
47 |
23 |
0 |
0 |
Opbrengst in prijspeil 2024 |
177 |
135 |
102 |
79 |
49 |
23 |
0 |
0 |
Artikelsgewijs
In artikel 60 van de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm) is geregeld dat aardgas voor verwarming ter bevordering van het groeiproces van tuinbouwproducten onder een verlaagd tarief wordt belast. Dit tarief wordt in het wetsvoorstel in vijf jaar afgebouwd. Dit amendement regelt dat dit tarief vervalt met ingang van 1 januari 2024. Daarmee wordt dit aardgas vanaf genoemde datum belast tegen het reguliere tarief van de energiebelasting in artikel 59, eerste lid, onderdeel a, Wbm. Daartoe wordt een nieuw artikel 0I in het wetsvoorstel opgenomen op grond waarvan artikel 60 Wbm met ingang van 1 januari 2024 vervalt. In samenhang daarmee vervallen met ingang van die datum ook de verwijzingen naar dat artikel in de artikelen 61, 62 en 90 Wbm. De in het onderhavige wetsvoorstel opgenomen wijzigingen van de artikelen 64 en 70 Wmb met ingang van 1 januari 2025 worden aangepast in verband met de omstandigheid dat met het amendement van ondergetekende op het wetsvoorstel Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit wijzigingen in diezelfde artikelen worden aangebracht met ingang van 1 januari 2024, hetgeen gevolgen heeft voor de formulering van de desbetreffende wijzigingsopdrachten in het onderhavige wetsvoorstel (opgenomen in artikel I, onderdelen E en F). In het wetsvoorstel kunnen tevens de voorgestelde wijzigingen van artikel 60 Wbm komen te vervallen (onderdelen VI tot en met XII van het amendement).
Dit amendement hangt samen met het genoemde amendement op het wetsvoorstel Wet fiscale klimaatmaatregelen industrie en elektriciteit.
Van der Lee