Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 april 2204
Tijdens de plenaire wetsbehandeling (Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met de verlenging van de beslistermijnen in asiel- en nareiszaken) (Kamerstuk 36 349) van 17 april jl. hebben de Kamerleden Vondeling en Brekelmans vragen gesteld over hoe vaak in de praktijk dwangsommen voor te laat beslissen worden teruggevorderd ten behoeve van opvang. Daarbij werd verzocht om voor de stemming, of anders voor de wetsbehandeling van het voorstel Wet herziening regels niet tijdig beslissen in vreemdelingenzaken, een reactie te geven.
Helaas is het niet gelukt om op zorgvuldige wijze deze informatie voor de stemmingen te achterhalen. Ik zal u zo spoedig mogelijk nader infomeren.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg