Kamerstuk 36349-11

Amendement van het lid Van Nispen c.s. ter vervanging van nr. 9 over een horizonbepaling voor de verlenging van de beslistermijn voor een nareizend gezinslid

Dossier: Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met verlenging van de beslistermijnen in asiel- en nareiszaken


Nr. 11 AMENDEMENT VAN HET LID VAN NISPEN C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 91

Ontvangen 16 april 2024

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Na artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL Ia

In artikel 2u van de Vreemdelingenwet 2000 vervalt het vierde lid.

II

Aan artikel II wordt voor de punt aan het slot ingevoegd «, met uitzondering van artikel Ia, dat in werking treedt drie jaar na het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet».

Toelichting

Het uitgangspunt moet zijn en blijven dat een bestuursorgaan binnen een redelijke termijn een besluit dient te nemen. Het verlengen van beslistermijnen vanwege tijdelijke drukte van aanvragen en krapte in de uitvoering zou dus slechts hooguit een tijdelijk karakter kunnen hebben. Het verlengen van de beslistermijnen voor een nareizend gezinslid in dit wetsvoorstel van 90 dagen naar 9 maanden heeft echter een permanent karakter gekregen.

Indiener is van mening dat deze wet hooguit een tijdelijk karakter kan hebben, omdat het ingrijpend is voor de mensen om wie het gaat, ook niet prettig is voor de beslismedewerkers van de IND, en het uitgangspunt moet blijven dat de overheid in staat is beslissingen te nemen binnen een redelijke termijn. Daarom regelt dit amendement dat deze verlenging van de termijn in beginsel vervalt na drie jaar, tenzij een parlementaire meerderheid anders besluit.

Van Nispen Podt Koekkoek