Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om in de Vreemdelingenwet 2000 een grondslag op te nemen voor het gebruik van biometrische gegevens bij automatische grenscontrole;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Na artikel 107a Vreemdelingenwet 2000 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
1. Gelet op artikel 9, aanhef en tweede lid, onderdeel g, Algemene verordening gegevensbescherming, is het verbod om biometrische gegevens als bedoeld in artikel 4, onder 14, Algemene verordening gegevensbescherming te verwerken niet van toepassing indien de verwerking noodzakelijk is met het oog op de unieke identificatie en verificatie van de identiteit ten behoeve van grenscontrole als bedoeld in artikel 8 Schengengrenscode door middel van een geautomatiseerd grenscontrole systeem, en voor zover de verwerking niet reeds is toegestaan op grond van Europese verordeningen.
2. Gegevens als bedoeld in het eerste lid worden maximaal 24 uur bewaard.
3. Bij regeling van Onze Minister kunnen voorwaarden en beperkingen worden gesteld aan de verwerking van gegevens, bedoeld in het eerste lid.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven,
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,