Ontvangen 5 december 2019
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel II, onderdeel A, wordt aan artikel 2.18a een lid toegevoegd, luidende:
3. Er kunnen slechts regels worden vastgesteld als bedoeld in het eerste lid indien vastgesteld is dat dit geen significant negatieve gevolgen heeft voor diergezondheid, dierenwelzijn, volksgezondheid en afzetbelangen.
II
Artikel II, onderdeel B, artikel 3.7, wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Er kunnen slechts regels worden vastgesteld als bedoeld in eerste lid indien vastgesteld is dat dit geen significant negatieve gevolgen heeft voor diergezondheid, dierenwelzijn, volksgezondheid en afzetbelangen.
De samenstelling van veevoer kan grote invloed hebben op diergezondheid, dierenwelzijn, voedselveiligheid, volksgezondheid en het vermarkten van producten, zeker als het gaat om toevoeging van synthetische bestanddelen. Zo zijn bijvoorbeeld veel additieven wel getoetst op hun bedoelde werking, maar niet op hun effect op de kwaliteit en de verwerkbaarheid van producten en op de lange termijn effecten op onder meer diergezondheid. Verder kan het toevoegen van synthetische additieven bezwaren opleveren van consumenten en buitenlandse afnemers van producten. Wat betreft doelvoorschriften voor de samenstelling van veevoer kunnen zich zeker in sectoren als de pluimveehouderij en de varkenshouderij risico’s voordoen voor diergezondheid en dierenwelzijn.
De indiener stelt voor eventuele regels tenminste alleen in te voeren als door gedegen onderzoek vastgesteld is dat er geen significant negatieve effecten kunnen optreden voor diergezondheid, dierenwelzijn, volksgezondheid en afzetbelangen.
Bisschop