Voorgesteld 13 februari 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het CETA-verdrag een modern, gebalanceerd handelsverdrag is dat per saldo positief uitpakt voor Nederland;
overwegende dat handel voor een aantal sectoren nadelige effecten kan hebben, wanneer zij blootstaan aan toenemende internationale concurrentie;
verzoekt de regering, er bij de Europese Commissie op aan te dringen de gevolgen van het CETA-verdrag voor de Europese landbouwsector in algemene zin en de Nederlandse landbouwsector in specifieke zin goed te monitoren;
verzoekt de regering tevens, er bij de Europese Commissie op aan te dringen om daar waar door het CETA-verdrag verstoringen van de Europese landbouwmarkt plaatsvinden, de noodzakelijke vrijwaringsmaatregelen toe te passen;
verzoekt de regering voorts, bij onevenredige effecten flankerende maatregelen te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Amhaouch
Voordewind