Ontvangen 15 oktober 2018
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Aan artikel I, onderdeel I, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. In afwijking van artikel 66, tweede lid, heeft de pensioenuitvoerder tot 1 juli 2019 het recht om pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer af te kopen indien de deelneming is geëindigd in 2017 of 2018 en op basis van de tot het tijdstip van beëindiging opgebouwde aanspraak op ouderdomspensioen de uitkering van het ouderdomspensioen op jaarbasis op de reguliere ingangsdatum niet meer zal bedragen dan € 2,– per jaar. Bij toepassing van deze bepaling is artikel 19b, vierde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 van overeenkomstige toepassing.
II
Aan artikel II, onderdeel I, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. In afwijking van artikel 78, tweede lid, heeft de pensioenuitvoerder tot 1 juli 2019 het recht om pensioenaanspraken van een gewezen deelnemer af te kopen indien de deelneming is geëindigd in 2017 of 2018 en op basis van de tot het tijdstip van beëindiging opgebouwde aanspraak op ouderdomspensioen de uitkering van het ouderdomspensioen op jaarbasis op de reguliere ingangsdatum niet meer zal bedragen dan € 2,– per jaar. Bij toepassing van deze bepaling is artikel 19b, vierde lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 van overeenkomstige toepassing.
In het wetsvoorstel is geregeld dat heel kleine pensioenen die zijn ontstaan in 2017 en 2018 kunnen worden afgekocht, alvorens zij in 2019 mogelijk komen te vervallen. In dit geval is geen revisierente verschuldigd. Ondanks de terugwerkende kracht blijkt dat de termijn die pensioenuitvoerders hebben tot 1 januari 2019 erg krap is. Deelnemers mogen zich immers tot en met 31 december 2018 melden en dan kan de afkoop niet meer voor 1 januari 2019 afgewikkeld worden.
Dit amendement bewerkstelligt daarom dat pensioenuitvoerders een half jaar langer de tijd hebben om deze afkopen af te wikkelen. Hiermee wordt bewerkstelligd dat deelnemers de beschikking kunnen krijgen over hun heel kleine pensioen in plaats van dat het vervalt. Hierbij is wettelijk geregeld dat ook bij dergelijke afkopen tussen 1 januari 2019 en 1 juli 2019 geen revisierente is verschuldigd.
Slootweg