Ontvangen 17 november 2015
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
De in artikel I, onderdeel B, opgenomen tarieftabel wordt vervangen door:
Bij een belastbaar inkomen uit werk en woning van meer dan |
maar niet meer dan |
bedraagt de belasting het in kolom III vermelde bedrag, vermeerderd met het bedrag dat wordt berekend door het in kolom IV vermelde percentage te nemen van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat het in kolom I vermelde bedrag te boven gaat |
|
---|---|---|---|
I |
II |
III |
IV |
– |
€ 19.922 |
– |
8,40% |
€ 19.922 |
€ 33.715 |
€ 1.673 |
12,26% |
€ 33.715 |
€ 66.421 |
€ 3.364 |
40,41% |
€ 66.421 |
– |
€ 16.580 |
52,00% |
II
De in artikel I, onderdeel C, opgenomen tarieftabel wordt vervangen door:
Bij een belastbaar inkomen uit werk en woning van meer dan |
maar niet meer dan |
bedraagt de belasting het in kolom III vermelde bedrag, vermeerderd met het bedrag dat wordt berekend door het in kolom IV vermelde percentage te nemen van het gedeelte van het belastbare inkomen uit werk en woning dat het in kolom I vermelde bedrag te boven gaat |
|
---|---|---|---|
I |
II |
III |
IV |
– |
€ 19.922 |
– |
8,40% |
€ 19.922 |
€ 34.027 |
€ 1.673 |
12,26% |
€ 34.027 |
€ 66.421 |
€ 3.402 |
40,41% |
€ 66.421 |
– |
€ 16.492 |
52,00% |
III
In artikel I wordt na onderdeel F een onderdeel ingevoegd, luidende:
Fa
In artikel 8.9, eerste lid, wordt «53 1/3%» vervangen door: 76 2/3%.
IV
In artikel II, onderdeel A, wordt «0,3%-punt» vervangen door: 0,31%-punt.
V
In artikel III, onderdeel A, wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,11%-punt.
VI
In artikel IV wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
VII
In artikel V wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,11%-punt.
VIII
In artikel VI wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
IX
In artikel VII wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
X
In artikel VIII wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,13%-punt.
XI
In artikel IX wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,02%-punt.
XII
In artikel X wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,01%-punt.
XIII
In artikel XI wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,02%-punt.
XIV
In artikel XII wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,01%-punt.
XV
De in artikel XVII, onderdeel A, opgenomen tarieftabel wordt vervangen door:
Bij een belastbaar loon van meer dan |
maar niet meer dan |
bedraagt de belasting het in kolom III vermelde bedrag, vermeerderd met het bedrag dat wordt berekend door het in kolom IV vermelde percentage te nemen van het gedeelte van het belastbare loon dat het in kolom I vermelde bedrag te boven gaat |
|
---|---|---|---|
I |
II |
III |
IV |
– |
€ 19.922 |
– |
8,40% |
€ 19.922 |
€ 33.715 |
€ 1.673 |
12,26% |
€ 33.715 |
€ 66.421 |
€ 3.364 |
40,41% |
€ 66.421 |
– |
€ 16.580 |
52,00% |
XVI
De in artikel XVII, onderdeel B, opgenomen tarieftabel wordt vervangen door:
Bij een belastbaar loon van meer dan |
maar niet meer dan |
bedraagt de belasting het in kolom III vermelde bedrag, vermeerderd met het bedrag dat wordt berekend door het in kolom IV vermelde percentage te nemen van het gedeelte van het belastbare loon dat het in kolom I vermelde bedrag te boven gaat |
|
---|---|---|---|
I |
II |
III |
IV |
– |
€ 19.922 |
– |
8,40% |
€ 19.922 |
€ 34.027 |
€ 1.673 |
12,26% |
€ 34.027 |
€ 66.421 |
€ 3.402 |
40,41% |
€ 66.421 |
– |
€ 16.492 |
52,00% |
XVII
In artikel XVIII, onderdeel A, wordt «0,3%-punt» vervangen door: 0,31%-punt.
XVIII
In artikel XIX wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,11%-punt.
XIX
In artikel XX wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
XX
In artikel XXI wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,11%-punt.
XXI
In artikel XXII wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
XXII
In artikel XXIII wordt «0,05%-punt» vervangen door: 0,06%-punt.
XXIII
In artikel XXIV wordt «0,1%-punt» vervangen door: 0,13%-punt.
XXIV
In artikel XXV wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,02%-punt.
XXV
In artikel XXVI wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,01%-punt.
XXVI
In artikel XXVII wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,02%-punt.
XXVII
In artikel XXVIII wordt «verhoogd met 0,05%-punt» vervangen door: verlaagd met 0,01%-punt.
Uit onderzoek van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en het NIBUD blijkt dat de eenverdiener financieel onder druk staat en het risico loopt om feitelijk geld tekort te komen. In de afgelopen tien jaar ging de modale eenverdiener er per jaar gemiddeld driekwart procent op achteruit. Tweeverdieners daarentegen gingen er gemiddeld per jaar een kwart procent op vooruit. Een stapeling van fiscale maatregelen zorgt ervoor dat kostwinners in vergelijking met andere huishoudens onevenredig zwaar belast worden.
De wet op de inkomstenbelasting is gestoeld op het draagkrachtbeginsel. De belastingvrije som, die bedoeld was om het inkomen wat nodig is om te kunnen voorzien in de primaire levensbehoeften buiten beschouwing te laten, werd bij de belastingherziening van 2001 vervangen door de algemene heffingskorting. Met het afbouwen van de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting verliest de algemene heffingskorting deze functie in steeds grotere mate. Gevolg is dat bij modale eenverdieners belasting wordt geheven over inkomen wat noodzakelijk is voor het voorzien in de primaire levensbehoeften.
De afbouw van de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting in combinatie met een forse toename van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting, zorgt ervoor dat kostwinners tot wel vijf keer meer belasting betalen dan tweeverdieners. In absolute getallen loopt dit op tot een verschil in belastingdruk van acht- tot tienduizend euro.
Niet alleen de keuzevrijheid in het verdelen van arbeid en zorgtaken komt in het geding. Uit onderzoek blijkt dat een ruime meerderheid van de kostwinners dat niet is uit vrije keuze. Belangrijke oorzaken zijn het hebben van een chronisch zieke of gehandicapte partner, werkloosheid en studie. Daarnaast wordt in veel gevallen door de partner van de kostwinner onbetaalde arbeid verricht, zoals mantelzorg, vrijwilligerswerk en zorg voor (pleeg)kinderen. Deze onbetaalde arbeid komt in het nauw als de kloof tussen een- en tweeverdieners verder wordt vergroot.
Bovenstaand amendement regelt dat de kloof tussen een- en tweeverdieners wordt verkleind met ruim 520 euro door de overdraagbare algemene heffingskorting met 23 1/3% te verhogen.
De gecombineerde heffingskorting bedraagt maximaal het bedrag van de gecombineerde inkomensheffing. Voor minstverdienende partners wordt dit maximum onder bepaalde voorwaarden verhoogd. Voor zover deze verhoging ziet op de algemene heffingskorting wordt deze verhoging van het maximum geleidelijk afgebouwd. Dit amendement zorgt ervoor dat de afbouw die reeds heeft plaatsgevonden gedeeltelijk wordt teruggedraaid waardoor de maximale uitbetaling van de algemene heffingskorting in 2016 uitkomt op 70% van de algemene heffingskorting in plaats van op 46 2/3%.
Voorts zorgt dit amendement ervoor dat het tarief van de tweede en derde schijf van de loon- en inkomstenbelasting wordt verhoogd. Deze verhoging bedraagt ten opzichte van het basispad dat uit het wetsvoorstel volgt 0,21%-punt in 2016, stapsgewijs oplopend tot 0,32%-punt in 2023 en vervolgens stapsgewijs aflopend tot 0,07%-punt vanaf 2027.
De budgettaire opbrengst van dit amendement bedraagt € 100 miljoen per jaar. Dit dient ter dekking van amendement 34300-XV-11, de verhoging van de kinderbijslag.
Dijkgraaf Schouten Omtzigt Bashir