Ontvangen 28 januari 2014
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
In artikel I, onderdeel N, komt artikel 19koa, eerste lid, als volgt te luiden:
1. Bij ministeriële regeling kan aan degenen die projecten realiseren of andere handelingen verrichten waarop artikel 19kh, zevende of negende lid, van toepassing is, een verplichting worden opgelegd tot het melden van het project of de andere handeling bij het bij die regeling aan te wijzen bestuursorgaan, indien het project of de andere handeling behoort tot een bij die regeling aangewezen categorie van projecten, onderscheidenlijk andere handelingen.
Het wetsvoorstel voorziet in artikel 19kh, zevende, achtste en negende lid, in een systeem van zogenoemde grenswaarden bij de verlening van vergunningen voor projecten en andere handelingen die een geringe stikstofdepositie veroorzaken. Indien de stikstofdepositie, die een project of andere handeling veroorzaakt op voor stikstof gevoelige habitats in een Natura 2000-gebied dat in het programma aanpak stikstof is opgenomen, lager of gelijk is aan deze grenswaarde, hoeven de gevolgen van deze depositie niet te worden getoetst bij de verlening van een Natura 2000-vergunning. Artikel 19koa van het wetsvoorstel bevat de mogelijkheid bij ministeriële regeling een meldingsplicht in te voeren voor projecten en andere handelingen met een geringe stikstofdepositie, lager dan de grenswaarde.
De hoogte van de grenswaarden wordt zodanig vastgesteld, dat ook bij de realisering van projecten en de verrichting van andere handelingen onder de grenswaarde is verzekerd dat een vermindering van de stikstofdepositie zal worden gerealiseerd en dat voldaan blijft worden aan de eisen van de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn, in het bijzonder artikel 6, tweede en derde lid, van de Habitatrichtlijn: significante effecten voor Natura 2000-gebieden en verslechtering van de kwaliteit van natuurlijke habitats en habitats van soorten in een Natura 2000-gebied moeten worden uitgesloten. Van belang is een adequaat systeem van monitoring, dat ingeval een groter beroep wordt gedaan op de voorziening dan geprognosticeerd en daardoor niet meer zeker is gesteld dat geen significante effecten of verslechtering kunnen plaatsvinden, tijdig een signaal geeft wanneer het gevaar kan ontstaan dat de doelstelling van het programma aanpak stikstof zonder ingrijpen niet meer zal kunnen worden gerealiseerd of dat in strijd met de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn zal worden gehandeld.
Voor een adequate monitoring is het zaak dat Rijk en provincies overzicht hebben van de projecten en andere handelingen met een geringe stikstofdepositie onder de grenswaarde die gebruik maken van de voorgestelde voorziening. Omdat de thans beschikbare gegevens niet voldoende zijn voor een adequate uitvoering van de monitoring, ben ik voornemens bij ministeriële regeling een eenvoudige elektronische meldingsplicht in te voeren voor projecten en andere handelingen in het kader van de veehouderij, industrie en infrastructuur, die extra stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden veroorzaken.
Wanneer een meldingsplicht wordt ingevoerd, moet op grond van artikel 19koa, eerste lid, onderdeel b, van het wetsvoorstel, zoals dat nu luidt, evenwel een afstand tussen het project en het Natura 2000-gebied worden vastgesteld, waarboven geen melding behoeft te worden gedaan. Deze eis was in het wetsvoorstel opgenomen om de administratieve lasten voor het bedrijfsleven als gevolg van de meldplicht zo beperkt mogelijk te houden. Bij het onderzoek ten behoeve van het stellen van een afstandseis is gebleken dat er geen eenduidige afstand te definiëren is, omdat elk project zijn specifieke kenmerken heeft. Tegen die achtergrond wil ik deze afstandseis schrappen.
Tegelijk vind ik het van belang om de lasten voor het bedrijfsleven zo laag mogelijk te houden. Daartoe ben ik voornemens in de ministeriële regeling als categorie van projecten of andere handelingen die moeten worden gemeld projecten en andere handelingen in het kader van de veehouderij, industrie en infrastructuur, aan te wijzen die stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden veroorzaken die hoger is dan 0,05 mol per hectare per jaar (maar lager of gelijk aan de voorgenomen grenswaarde van één mol). Deze drempelwaarde sluit aan bij jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Afdeling heeft geaccepteerd dat een stikstofdepositie die lager is dan 0,051 mol per hectare per jaar niet worden meegenomen in de beoordeling, omdat deze geen fysische betekenis heeft1.
De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma