Ontvangen 15 november 2012
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Na artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt met ingang van 1 januari 2018 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 10bis.1 komt te luiden:
1. Schulden van de belastingplichtige die op 31 december 2017 behoren tot de bestaande eigenwoningschuld, bedoeld in artikel 10bis.1, zoals dat artikel luidde op 31 december 2017, worden met ingang van 1 januari 2018 aangemerkt als een tot de eigenwoningschuld behorende schuld als bedoeld in artikel 3.119a, eerste lid, indien wordt voldaan aan de eisen die zijn opgenomen in artikel 3.119a, eerste lid, onderdelen a tot en met d, met dien verstande dat bij de toepassing van de formule in artikel 3.119c, eerste lid, wordt verstaan onder:
het bedrag van de schuld op 31 december 2017;
het aantal verstreken gehele kalendermaanden van de looptijd vanaf 1 januari 2018;
de totale looptijd van de schuld in maanden, gerekend vanaf 1 januari 2018 tot de maand waarin de schuld geheel moet zijn afgelost, doch ten hoogste 360 maanden.
B
De artikelen 10bis.9 en 10bis.10 vervallen.
C
In artikel 10bis.11, eerste lid, wordt «bestaande eigenwoningschuld» vervangen door: eigenwoningschuld.
II
Artikel II komt te luiden:
III
Na artikel II wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Met dit amendement wordt geregeld dat de in het onderhavige wetsvoorstel opgenomen eerbiedigende werking voor alle op 31 december 2017 nog onder het overgangsrecht vallende schulden wordt beëindigd. De rente en kosten van deze schulden zijn met ingang van 1 januari 2018 slechts nog fiscaal aftrekbaar indien aan de voorwaarden van artikel 3.119a, eerste lid, van de Wet IB 2001 wordt voldaan. Dat betekent dat ook voor deze schulden per 1 januari 2018 de aflossingseis en (indien van toepassing) de informatieplicht gaan gelden als voorwaarden voor renteaftrek. Daarbij wordt de op die schulden van toepassing zijnde resterende looptijd van de 30-jaarsperiode wel vervangen door een nieuwe periode van 30 jaar. Het startbedrag (B0) van de schuld wordt daarom gesteld op het bedrag van de schuld op 31 december 2017. De looptijd (n) en het aantal verstreken maanden (x) wordt berekend vanaf 1 januari 2018 waarbij de looptijd gemeten vanaf dat moment maximaal 360 maanden bedraagt.
Dit is wetstechnisch geregeld door per 1 januari 2018 artikel 10bis.1 van de Wet IB 2001 te vervangen door een artikel waarin de regels voor op 31 december 2017 onder het overgangsrecht van hoofdstuk 10bis van de Wet IB 2001 vallende schulden zijn opgenomen. De artikelen 10bis.9 en 10bis.10 van de Wet IB 2001 vervallen per die datum in verband met het vervallen van de algehele eerbiedigende werking voor bestaande schulden. In dat kader wordt tevens in artikel 10bis.11 van de Wet IB 2001 de term bestaande eigenwoningschuld gewijzigd in eigenwoningschuld.
Omdat er voor de aflossing en de looptijd een nieuwe 30-jaarstermijn gaat gelden voor de bestaande schulden, zal dit gewijzigde overgangsrecht blijven bestaan tot 1 januari 2048. Het overige overgangsrecht, dat ziet op de kapitaalverzekering eigen woning, de spaarrekening eigen woning en het beleggingsrecht eigen woning, zal evenals in het wetsvoorstel per 1 januari 2044 vervallen.
2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2022 |
2027 |
2032 |
2037 |
2042 |
struc |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengst |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
717 |
1 320 |
1 725 |
1 822 |
1 444 |
0 |
Klaver