Kamerstuk 32694-9

Gewijzigd amendement van de leden Voortman en Karabulut ter vervanging van nr. 6 over parlementaire betrokkenheid o.b.v. "zware nahang" bij amvb's op basis van artikel 21, eerste lid van de Wet op de huurtoeslag

Dossier: Wijziging van de Wet op de huurtoeslag (flexibeler maken kwaliteitskorting)

Gepubliceerd: 6 oktober 2011
Indiener(s): Sadet Karabulut , Linda Voortman (GL)
Onderwerpen: belasting financiƫn huisvesting huren en verhuren
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32694-9.html
ID: 32694-9
Origineel: 32694-6
Wijzigingen: 32694-12

Nr. 9 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN VOORTMAN EN KARABULUT TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 6

Ontvangen 6 oktober 2011

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel B, komt als volgt te luiden:

B

Artikel 50 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Na het eerste lid (nieuw) wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Een krachtens artikel 21, eerste lid, vastgestelde algemene maatregel van bestuur wordt aan de beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. Hij treedt in werking op een tijdstip dat nadat vier weken na de overlegging zijn verstreken bij koninklijk besluit wordt vastgesteld, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de algemene maatregel van bestuur bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend. Indien het voorstel van wet wordt ingetrokken of indien een van de beide kamers van de Staten-Generaal besluit het voorstel niet aan te nemen, wordt de algemene maatregel van bestuur ingetrokken.

Toelichting

Wijziging van de kwaliteitskorting raakt aan de kern van de Wet op de huurtoeslag. Directe betrokkenheid van de Kamers is daarmee essentieel. Dit amendement regelt dat wanneer na de vaststelling van deze wet op basis van artikel 21, eerste lid, onder b en c, van de Wet op de huurtoeslag bij algemene maatregel van bestuur de percentages voor de kwaliteitskorting op de huurtoeslag worden vastgesteld of gewijzigd, op dit besluit voor wat betreft de parlementaire betrokkenheid «zware nahang» dient te worden toegepast in plaats van de thans in het wetsvoorstel (artikel I, onderdeel B) voorgestelde «lichte voorhang». Hierdoor worden de beide Kamers der Staten-Generaal in de gelegenheid gesteld om op basis van de wet te vereisen dat het onderwerp van het besluit bij wet dient te worden geregeld, en kan de advisering van de Raad van State over het wijzigingsbesluit door de Kamers bij de oordeelsvorming worden betrokken. Aangezien pas bij de vaststelling van deze wet een delegatiegrondslag in de Wet op de huurtoeslag voor het vaststellen van de percentages op basis van artikel 21, eerste lid is opgenomen, heeft deze wijziging ook gevolgen voor de eerste vaststelling van het ontwerpbesluit.

Voortman

Karabulut