Kamerstuk 32127-104

Amendement van het lid Koopmans over het schrappen van de zeehavens uit de Wet

Dossier: Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)


94,0 %
6,0 %

CU

PVV

PvdD

SP

SGP

PvdA

VVD

Verdonk

GL

CDA

D66


32 127
Regels met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (Crisis- en herstelwet)

nr. 104
AMENDEMENT VAN HET LID KOOPMANS

Ontvangen 16 november 2009

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel 4.1 vervalt de zinsnede «en zeehavens».

Toelichting

Uit de Crisis- en Herstelwet, art. 4.1, volgt dat art. 2, onderdeel p, van het Besluit vergunningen Natuurbeschermingswet 1998 zodanig gewijzigd wordt dat het bevoegd gezag voor de uitvoering van de Natuurbeschermingswet voor zeehavens overgaat van de provincies naar het Rijk, te weten het ministerie van LNV.

Deze wet voorziet in versnelling van procedures gericht op de rijksinfrastructuur. Voor wat betreft de ontwikkeling van de zeehavens is dit voldoende geregeld in de bevoegdheidsoverdracht ten aanzien van de hoofdvaarwegen en de primaire waterkeringen als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Waterwet die in beheer zijn bij het Rijk. De toevoeging aan de woorden «en zeehavens» lijkt daarbij ten overvloede. Daarnaast is de term «zeehavens» niet nader begrensd tot rijksinfrastructuur. Met het schrappen van de woorden «en zeehavens» wordt ervoor gezorgd dat de interpretatie van de reikwijdte van deze wijziging niet kan leiden tot ongewenste onduidelijkheden bij de vergunningverlening op grond van de Natuurbeschermingswet 1998. Hierdoor worden dreigende risico’s ten aanzien van vertraging in de ontwikkeling van zeehavens voorkomen.

In het verleden zijn afspraken gemaakt over decentralisatie van de bevoegdheden op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (vastgelegd in het Besluit vergunningen Natuurbeschermingswet 1998, d.d. 16 augustus 2005), mede geleid door de wens om te komen tot een goede afstemming met andere provinciale bevoegdheden. Verder is op 5 oktober 2009, naar aanleiding van jurisprudentie, een wetswijziging van kracht geworden waardoor het bevoegd gezag in een groot deel van de Waddenzee beperkt is tot de provincies. De Crisis- en Herstelwet lijkt, met uitzondering van de rijksinfrastructuur, niet bedoeld om deze decentralisatie weer ongedaan te maken. Provincies blijven het bevoegd gezag voor de toetsing van projecten en handelingen in de zeehavens aan de Natuurbeschermingswet 1998.

Koopmans