Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 december 2009
Tijdens de behandeling van de Begroting van Verkeer en Waterstaat op 26 november 2009 (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2009–2010, nr. 30). heb ik u, naar aanleiding van een vraag van de heer Mastwijk, toegezegd te onderzoeken of onze Nederlandse regelgeving met betrekking tot haltepalen verder gaat dan wat daar in het Verdrag van Wenen over is afgesproken. In dat verband wil ik ook graag bezien op welke manier enkele andere lidstaten omgaan met de desbetreffende bepalingen uit het Verdrag van Wenen. Zorgvuldigheid staat daarbij wat mij betreft voorop. De beantwoording van de vraag van de heer Mastwijk zal dan ook meer tijd vergen dan de door hem tijdens de behandeling gevraagde termijn van één week. Ik streef uiteraard naar een zo spoedig mogelijke beantwoording.