Voorgesteld 5 november 2009
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat het VN-Comité inzake de burgerlijke en politieke rechten opnieuw bezorgdheid heeft geuit over het aantal euthanasietoepassingen in Nederland en het ontbreken van onafhankelijk rechterlijk oordeel;
overwegende, dat het comité daarom aanbeveelt, de Nederlandse wetgeving in dit opzicht te heroverwegen in het licht van de verdragsrechtelijke erkenning van het recht op leven en uiterlijk in juli 2010 geïnformeerd wil worden over de stand van zaken ten aanzien van deze aanbeveling;
constaterende, dat de summiere en afhoudende kabinetsreactie zoals vermeld in de brief aan de Tweede Kamer van 15 oktober 2009 onvoldoende recht doet aan de inhoud en de ernst van deze serieuze bezwaren;
verzoekt de regering, om alvorens het comité te informeren, in een brief aan de Kamer een nadere inhoudelijke reactie te formuleren op genoemde VN-bezwaren en daarbij ook uitdrukkelijk in te gaan op de mogelijkheden om tegemoet te komen aan deze bedenkingen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Staaij