Kamerstuk 31700-XIII-5

EBN Jaarverslag 2007 en EZ Jaarverslag opsporing en winning 2007

Dossier: Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2009


31 700 XIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2009

nr. 5
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 september 2008

Hierbij doe ik u toekomen het Jaarverslag 2007 van Energie Beheer Nederland B.V. en het door het ministerie van Economische Zaken uitgebrachte Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland1. Dit Jaarboek Olie en Gas bevat een overzicht van aardgasactiviteiten als bedoeld in artikel 125 van de Mijnbouwwet. Deze publicatie is ook te raadplegen op het Nederlands Olie en Gasportaal: www.nlog.nl. Het EBN-jaarverslag schetst een beeld van de wijze waarop EBN zich in 2007 heeft gekweten van haar publieke taken en andere activiteiten heeft verricht en geeft inzicht in de financiële gang van zaken in de onderneming. Dit jaarverslag is ook te vinden op de website van EBN: www.ebn.nl.

Toelichting

Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland

Het Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland rapporteert over de activiteiten en resultaten op het gebied van opsporing en winning van olie en gas in Nederland en het Nederlandse deel van het continentaal plat in het jaar 2007. Daarnaast geeft het jaarverslag een vooruitblik op de te verwachten aardgasproductie in de periode 2008–2033. Uit het jaarverslag blijkt onder meer het volgende:

• De aardgasproductie uit de Nederlandse gasvelden on- en offshore bedroeg in 2007 68,3 mrd m3 en was daarmee 3,4% minder dan in 2006, voornamelijk veroorzaakt door het warme weer. Een stijging van de productie uit kleine velden met 2,1 mrd m3 tot 37,8 mrd m3 ging gepaard met 4,6 mrd m3 minder productie uit het Groningenveld (30,5 mrd m3).

• Het netto resultaat van nieuw ontdekte aardgasvoorkomens (4,7 mrd m3), herevaluatie van eerder aangetoonde voorkomens (14 mrd m3) en productie gedurende het jaar 2007 (68,3 mrd m3) is een afname van de Nederlandse gasreserves met 49,6 mrd m3. De Nederlandse aardgasvoorraad, zowel ontwikkelde als nog niet ontwikkelde voorkomens, is per 1 januari 2008 geschat op 1 390 mrd m3, waarvan 1 075 mrd. m3 in het Groningenveld. Circa 100 mrd m3 van dit totaal betreft nog niet ontwikkelde voorkomens waarvan het in productie brengen afhankelijk is van ontwikkelingen in technologie, infrastructuur, kosten en opbrengsten.

• Voor de periode 2008–2033 wordt over het geheel een geleidelijke afname van de productie verwacht, waarbij het Groningenveld vanaf halverwege de twintiger jaren een productieafname zal laten zien. Overigens is de productie uit het Groningenveld de laatste drie jaar beduidend lager geweest dan het op basis van artikel 55 van de Gaswet gemiddeld toegestane jaarlijkse maximum van 42,5 mrd m3.

• Het aantal exploratie- en productieboringen naar olie en gas lag in 2007 lager dan in 2006: 31 tegen 39 in 2006, waarvan 7 exploratieboringen, 3 evaluatieboringen en 21 productieboringen.

• De schatting van de aardoliereserves op 1 januari 2008 komt uit op bijna 37 mln m3, waarvan bijna 24 mln m3 op het vasteland. Herevaluatie van eerder aangetoonde voorkomens (1 mln. m3) en productie (2,5 mln. m3) heeft in 2007 geresulteerd in een afname van de voorraad met 1,5 mln. m3.

Ter uitvoering van de motie Bakker (Kamerstukken II, 2004/05, 31 105, nr. 16) is een overzicht van de kosten van het opstellen van het jaarverslag en het verzamelen van de inhoudelijke gegevens door TNO als bijlage bijgevoegd.

Jaarverslag Energie Beheer Nederland B.V. 2007, investeren in vernieuwing

Energie Beheer Nederland B.V. («EBN») is een onderneming waarvan de aandelen volledig in handen zijn van de Staat. Uit hoofde van de Mijnbouwwet neemt EBN deel in samenwerkingsverbanden met mijnbouwondernemingen voor de opsporing en winning van olie en gas in Nederland en het Nederlands deel van het continentaal plat. Verder vervult EBN een rol in het zogeheten «gasgebouw» en is zij in dat verband als medeaandeelhouder van GasTerra betrokken bij de verkoop van het Nederlands aardgas dat afkomstig is uit het Groningenveld en de kleine velden on- en offshore. Ook adviseert zij de Minister van Economische Zaken over het energiebeleid, in het bijzonder over een goed beheer en verantwoorde productie van de Nederlandse delfstoffen in het licht van het kleine velden beleid. EBN zet zich er voor in dat in een aantrekkelijk investeringsklimaat zoveel mogelijk van de nog in Nederland on- en offshore aanwezige olie- en gasvoorkomens worden opgespoord en geëxploiteerd en dat daarmee optimale opbrengsten voor de Nederlandse staat worden gegenereerd. Tegen de achtergrond van de eindfase waarin Nederland zich bevindt ten aanzien van de opsporing en winning van aardgas en de veranderende gasmarkt, is EBN actief betrokken bij het ontwikkelen van Nederland als gasrotonde in de Noord-West Europese gasmarkt en de oriëntatie op andere mogelijkheden van benutting van de Nederlandse ondergrond. Daarnaast zal EBN meer dan voorheen optreden als initiator van projecten om olie en gas uit kleine velden op te sporen en te winnen.

Naast de uitvoering van hiervoor geschetste publieke taken en andere activiteiten stond voor EBN het jaar 2007 in het teken van de verdere inrichting van een nieuwe organisatie in een nieuwe kantooromgeving in Utrecht. Per 1 januari 2006 is immers een einde gekomen aan de bestuurlijke verantwoordelijkheid van Koninklijke DSM N.V. («DSM») over EBN en bevindt EBN zich in een proces van omschakeling naar een onafhankelijk van DSM, op eigen benen staande onderneming met een eigen directie, een eigen raad van commissarissen en aanpassing van de organisatie zowel intern als naar buiten. De concentratie van activiteiten in Utrecht is begin 2008 bekrachtigd met een statutaire wijziging van de vestigingsplaats van Heerlen in Utrecht. EBN wil zich verder profileren als een goede toegang tot exploratie en exploitatie van olie en gas in Nederland.

In 2007 participeerde EBN in 115 winningsvergunningen, waarvan 95 offshore, en in 26 opsporingsvergunningen offshore. Deze aantallen liggen aanzienlijk hoger dan in de voorgaande jaren. Gezien de verwachting dat het vooral nieuwe, veelal kleinere mijnbouwondernemingen zullen zijn die de resterende kleine, vaak marginale velden tot ontwikkeling zullen brengen, zal deze trend zich ook in 2008 doorzetten. Nieuwe spelers zullen voor groei in exploratie en productie (moeten) zorgen, maar zullen ook door hun technisch en financieel andere organisatie dan grotere ondernemingen een groter beslag leggen op de EBN-organisatie.

Het nettoresultaat van EBN in 2007, 2 367 mln euro, was nagenoeg gelijk aan dat in 2006, ondanks de lagere afzet als gevolg van de relatief zachte winter en de iets lagere gemiddelde marktprijzen. Dit bedrag werd volledig uitgekeerd aan de Staat als enig aandeelhouder.

De minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

Bijlage bij het Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland.

Inleiding

Ter uitvoering van de motie Bakker (Kamerstukken II, 2004/05, 31 105, nr. 16) ontvangt u deze bijlage met een motivering van de noodzaak en een overzicht van de kosten van het Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland.

Motivering van de noodzaak van het Jaarverslag

Het Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland is in opdracht van de Minister van Economische Zaken samengesteld door TNO Bouw en Ondergrond, gevestigd te Utrecht. Het bevat een overzicht van aardgasactiviteiten als bedoeld in artikel 125, tweede lid van de Mijnbouwwet dat de Minister van Economische Zaken op grond van artikel 125, eerste lid van die wet dient te verstrekken aan de beide kamers der Staten-Generaal. Mijnbouwondernemingen dienen op grond van artikel 123, eerste lid van de Mijnbouwwet gegevens betreffende de opsporing en winning van delfstoffen te verstrekken aan de Minister van Economische Zaken. Het beheer van deze gegevens is ingevolge artikel 123, tweede lid van de Mijnbouwwet opgedragen aan TNO Bouw en Ondergrond. Het Jaarverslag bevat tevens een raming omtrent de winning van aardgas in de komende jaren als bedoeld in artikel 125, tweede lid, onder d, van de Mijnbouwwet.

Kostenoverzicht

Het onderstaande overzicht betreft de door TNO Bouw en Ondergrond gemaakte kosten voor het beheer van de bovengenoemde gegevens in het jaar 2007 en kosten voor het opstellen van het Jaarverslag opsporing en winning 2007, olie en gas in Nederland.

 urenKosten (excl. BTW)
Arbeidskosten gegevensbeheer86,9€  9 385
 320,0€ 53 440
 8,0€  1 760
Totaal personele kosten414,9€ 64 585
Drukkosten €  2 796,05
Totale kosten € 67 381,05
(incl. BTW) € 80 183,45

XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.