Voorgesteld 6 maart 2025
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat iemand die overuren maakt of verschillende banen heeft om wat extra te verdienen daar soms pas het volledige voordeel van ontvangt bij de belastingaangifte het jaar daarop, omdat onterecht met een hogere belastingschijf wordt gerekend of omdat de heffingskortingen maar bij één werkgever tegelijk kunnen worden toegepast;
overwegende dat het doen van een voorlopige aangifte vaak geen oplossing is, omdat het aantal extra te werken uren op voorhand moeilijk in te schatten is;
verzoekt de regering met praktische oplossingen te komen voor een betere afstemming voor de heffingskortingen en belastingheffing bij overuren of meerdere dienstverbanden, zodat het timingsverschil in fiscale behandeling wordt opgelost en meerwerk direct meer gaat lonen, zonder het risico dat er achteraf een naheffing komt;
verzoekt de regering daarnaast om vóór de zomer concreet uit te werken of en hoe er binnen de werkkostenregeling een vrijstelling kan worden vormgegeven voor een bonus, waardoor meer ruimte ontstaat voor werkgevers om werknemers op ieder moment een extra financieel voordeel te kunnen bieden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Inge van Dijk
Grinwis
Vijlbrief
Vermeer
Flach
Van Eijk
Klaver