Ontvangen 15 juni 2023
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering wordt het ontvangstenbedrag verhoogd met 100.000 (x € 1.000).
II
In artikel 4 Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 100.000 (x € 1.000).
De bestaande subsidie-instrumenten voor duurzame energieopwek op land zijn gericht op de prijs per ton vermeden CO2. Bij deze subsidie-instrumenten worden geen andere factoren meegenomen in de beoordeling van projecten, zoals natuurversterking (natuurinclusiviteit), landschapskwaliteit en andere gebiedsversterking. Ontwikkelaars van energieprojecten die willen inzetten op deze elementen kunnen dat vaak niet omdat er een gebrek aan financiële ruimte is. En dat terwijl er zoveel kansen zijn om duurzame energieprojecten een bijdrage te laten leveren aan bijvoorbeeld de biodiversiteit. Een financieel instrumentarium dat ruimtelijke kwaliteit in energieprojecten faciliteert, vergroot de kans op draagvlak voor nieuwe zonne- en windparken op land, en bevordert een zorgvuldige ontwikkeling hiervan in de complexere zoekgebieden die nu nog resteren.
In de Kamerbrief over de voortgang van het RES-proces (Kamerstuk 32 813, nr. 1166) staat dan ook dat de Minister voor Klimaat en Energie wil doorpakken op dit onderwerp. Hiervoor is wel budget nodig. Dit amendement regelt daarom dat er € 100 miljoen vanuit de begrotingsreserve Duurzame energie en Klimaattransitie wordt besteed aan een kwaliteitsbudget voor duurzame energieprojecten. Uit deze begrotingsreserve is meerdere malen geput voor andere zaken dan de klimaat- of energietransitie. Dat is ongewenst, aangezien de middelen in de begrotingsreserve via de Opslag Duurzame Energie specifiek voor de klimaat- en energietransitie zijn opgehaald. Middels dit amendement wordt een goede invulling gegeven aan het doel van de begrotingsreserve.
Kröger Thijssen