Voorgesteld 13 oktober 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat alle provincies wat betreft de rijkswerkgelegenheid naar evenredigheid aan bod zouden moeten komen;
constaterende dat de verdeling van de rijkswerkgelegenheid grote verschillen kent en dat met name de provincies Zeeland, Friesland, Flevoland, Drenthe en Limburg sterk onderbedeeld zijn;
verzoekt de regering er de komende jaren naar toe te werken dat de provincies Zeeland, Friesland, Flevoland, Drenthe en Limburg een meer evenredig aandeel hebben in de rijkswerkgelegenheid en per saldo de landelijke ontwikkeling van de rijkswerkgelegenheid te volgen, en daartoe een richtlijn te ontwikkelen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bisschop
Inge van Dijk