Voorgesteld 30 november 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er geen totaalbeeld is van de aard en omvang van mensenhandel in het Caribisch deel van het Koninkrijk en het kabinet daarom wil inzetten op het versterken van de informatiepositie;
constaterende dat de Nationaal Rapporteur Mensenhandel in Europees Nederland signaleert, duidt, rapporteert en adviseert over ontwikkelingen op het gebied van mensenhandel, maar geen mandaat heeft op de BES-eilanden of in de landen;
overwegende dat in 2022 in het Koninkrijk een herziening plaatsvindt van het memorandum of understanding van samenwerking ter voorkoming en bestrijding van mensenhandel en mensensmokkel;
verzoekt de regering in aanloop naar de herziening van dat memorandum of understanding samen met de eilanden een verkenning te doen naar de mogelijkheid, bereidheid en benodigdheden om te komen tot een gezamenlijke bestrijding van mensenhandel in het Caribisch deel van het Koninkrijk en verbetering van de opvang van slachtoffers, en naar de wijze waarop Europees Nederland hierin kan ondersteunen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ceder