Ontvangen 20 maart 2025
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel 4a, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de eerste zin wordt «twee jaar» vervangen door «een jaar».
2. Na de eerste zin wordt een zin ingevoegd, luidende: De rechtbank kan dit bevel op verzoek van het openbaar ministerie verlengen, met dien verstande dat de totale tijdsduur van het bevel maximaal twee jaar bedraagt.
De voorliggende wet bevat aanvullende instrumenten waaronder de mogelijkheid om via de rechter een maatschappelijke organisatie te bevelen om bepaalde activiteiten te staken voor de duur van twee jaar. De indiener vindt het stakingsbevel een maatregel die de mogelijkheid in zich draagt alle activiteiten van een maatschappelijke organisatie te treffen, en daarmee raakt aan grondrechten zoals de verenigingsvrijheid, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst en levensovertuiging. Dit in acht nemend, vindt de indiener een eenmalig stakingsbevel dat twee jaar kan duren, te lang. Indiener stelt daarom voor om de duur van het stakingsbevel te beperken tot maximaal één jaar (i.p.v. twee jaar); doch met de mogelijkheid van verlenging na hernieuwde rechterlijke toetsing, waarbij de totale duur van het stakingsbevel – met verlenging(en) – niet langer dan twee jaar kan zijn, zoals ook het oorspronkelijke wetsvoorstel beoogt.
Mutluer