Ontvangen 17 september 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel II, wordt in het voorgestelde artikel 54a, eerste lid, «doet de toegelaten instelling» vervangen door «doen de toegelaten instelling en overige verhuurders als bedoeld in artikel 201, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek».
Met dit amendement wil indiener bewerkstelligen dat niet alleen huurders van toegelaten instellingen (woningcorporaties) die in een woning wonen die in verhouding tot hun inkomen te veel huur betalen profiteren van de maatregel uit het wetsvoorstel. Ook de huurders van woningen die in het bezit zijn van particuliere eigenaren kunnen tegen het probleem aanlopen dat de huur van hun woning te hoog is ten opzichte van hun inkomen. Indiener is, met de Raad van State, van mening dat met het huidige wetsvoorstel leidt tot langdurige ongelijke behandeling tussen huurders die hier wel en niet gebruik van kunnen maken van de voorliggende huurverlaging. Naar het oordeel van indiener hebben beide groepen huurders recht op een broodnodig steuntje in de rug. Daarom wordt via dit amendement geregeld dat ook verhuurders die geen toegelaten instelling zijn onder het bereik van deze wet vallen.
Smeulders