Ontvangen 10 november 2020
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel III komt te luiden:
In de Wet op de zorgtoeslag wordt artikel 2 als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt «4,195% van het drempelinkomen» vervangen door «4,225% van het drempelinkomen» en wordt «1,885% van het drempelinkomen» vervangen door «1,915% van het drempelinkomen».
2. Het vijfde lid vervalt, onder vernummering van het zesde tot en met achtste lid tot vijfde tot en met zevende lid.
3. In het zesde lid (nieuw) wordt «in het zesde lid» vervangen door «in het vijfde lid».
II
In artikel IV, onderdeel D, wordt «het bedrag, genoemd in artikel 9.4, eerste lid, onderdeel a, van de Wet inkomstenbelasting 2001» telkens vervangen door «€ 98».
III
Na artikel IV, onderdeel D, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Da
Artikel 26a wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Na het eerste lid wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. Met betrekking tot het bedrag, vermeld in het eerste lid, zijn de artikelen 10.1 en 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001 van overeenkomstige toepassing.
IV
In Artikel VI, onderdeel b, wordt «artikel IV, onderdelen B en K» vervangen door «artikel IV, onderdelen B, Da en K».
In het wetsvoorstel is een doelmatigheidsgrens opgenomen die na indexatie op 1 januari 2021 € 48 bedraagt. Met dit amendement wordt deze doelmatigheidsgrens met € 50 verhoogd naar € 98 (bedrag berekeningsjaar 2021). Het doel hiervan is om het aantal terugvorderingen van teveel ontvangen voorschotten terug te dringen, om zo het toeslagenstelsel menselijker te maken. Met de verhoging van de doelmatigheidsgrens worden 380.000 extra terugvorderingen voorkomen. Dit amendement maakt de terugvorderingssystematiek minder gevoelig ten aanzien van relatief kleinere bedragen, waarmee de lasten en zorgen voor een grote groep burgers met relatief kleine terugvorderingen worden verminderd.
Door de toevoeging van het tweede lid aan artikel 26a Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen en een aanpassing in de inwerkingtredingsbepaling wordt het bedrag vanaf het berekeningsjaar 2022 ingevolge de artikelen 10.1 en 10.2 Wet IB 2001 jaarlijks via de zogenoemde bijstellingsregeling aangepast door toepassing van de inflatiecorrectie.
Dit amendement wordt in 2021 budgettair gedekt door de percentages van het drempelinkomen voor de zorgtoeslag met 0,03%-punt extra te verhogen. Deze percentages waren 4,195% en 1,885% en worden door dit amendement 4,225% en 1,915% per 1 januari 2021. De netto toename van de zorgtoeslag in 2021 t.o.v. 2020 voor mensen die het maximale bedrag ontvangen is door de wijziging van deze percentages niet € 44 over het gehele jaar maar € 39. De indieners beogen dat het inkomenseffect zo beperkt mogelijk blijft. Zij achten de voornoemde wijzigingen gerechtvaardigd door het grote aantal extra terugvorderingen dat hiermee voorkomen wordt. Na 2021 wordt de verhoging van de doelmatigheidsgrens gespreid gedekt over de zorgtoeslag, de huurtoeslag, de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget.
Snels Lodders