Voorgesteld 3 december 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er nog altijd signalen zijn van patiënten met een Wlz-indicatie waarvoor het niet vanzelfsprekend is dat er 24 uur per dag medisch-generalistische zorg voor hen in de regio beschikbaar is;
constaterende dat de NZa over de positionering van medisch-generalistische zorg adviseert dat aanbieders en beroepsgroepen via samenwerkingsafspraken borgen dat de keten voor medisch-generalistische zorg op elkaar aansluit;
constaterende dat er onlangs tussen partijen een convenant is gesloten voor medisch-generalistische zorg in de gehandicaptenzorg, die daarmee voor deze groep patiënten is zeker gesteld;
van oordeel dat in lijn met het advies van de NZa dergelijke samenwerkingsafspraken ook noodzakelijk en gewenst zijn voor patiënten in de ouderenzorg;
verzoekt de regering, in navolging van het gesloten convenant in de gehandicaptenzorg, ook samenwerkingsafspraken te maken met beroepsgroepen, brancheverenigingen en stelselpartijen gericht op 24 uursbeschikbaarheid en toegankelijkheid van medisch-generalistische zorg voor patiënten in de ouderenzorg, en de Kamer uiterlijk 1 maart 2021 over de voortgang en het resultaat te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Peters