Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 1 december 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de staat van de natuur in het Waddengebied ongunstig is en zich niet positief ontwikkelt;
overwegende dat de ontwikkeling van de natuur beter gemonitord en zo nodig bijgestuurd kan worden indien er afrekenbare (tussen)doelen worden gesteld;
verzoekt de regering, om kwantitatieve en afrekenbare doelen en tussendoelen te formuleren voor de natuurontwikkeling in en rond het Waddengebied,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Esch
Wassenberg