Voorgesteld 8 december 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Nederland en Vlaanderen binnen de Taalunie samenwerken om de studie van het Nederlands buiten het eigen taalgebied te promoten.
constaterende dat in Europees perspectief Nederland en België extreem weinig hierin investeren en deze investering steeds minder wordt,
overwegende dat met het amendement «middelen voor de internationale Neerlandistiek infrastructuur» een eenmalige additionele investering voorgesteld wordt voor de internationale neerlandistiek,
verzoekt de Minister, om met haar Vlaamse collega’s in gesprek te gaan om ervoor te zorgen dat ook Vlaanderen haar bijdrage levert en de Kamer voor het zomerreces hierover te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Molen
Wiersma