Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 23 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat uniek (dader)erfgoed en archeologie uit de Tweede Wereldoorlog belangrijk zijn voor ons collectieve geheugen;
constaterende dat het Rijksvastgoedbedrijf de unieke Seyss-Inquartbunker wil verkopen;
voorts constaterende dat de RCE stelt dat het mogelijk is dat dit vastgoed in de toekomst gebruikt gaat worden voor functies die minder passend zijn;
verzoekt de regering, opnieuw een pas op de plaats te maken met de verkoop en linksom of rechtsom te garanderen dat de Seyss-Inquartbunker blijvend een functie krijgt die bijdraagt aan het verdiepen, vergroten en verankeren van de kennis van deze zwarte bladzijde van onze geschiedenis,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kwint
Beckerman